Mochten de partijen die betrokken zijn bij het verlengen van de busconcessie Groningen Drenthe er niet uit komen, dan moet de zaak voor de rechter gebracht worden. Dat schrijft staatssecretaris Wilma Mansveld (PvdA) van Infrastructuur als antwoord op vragen van kamerlid Duco Hoogland (PvdA).
Afgelopen december ontstond er ophef over de verlenging. Openbaar vervoer-jurist Arthur Kamminga liet weten dat een concessie maar met maximaal vijftig procent verlengd mag worden. “In 2009 begon Qbuzz met het rijden in de provincies Groningen en Drenthe. In de gunning stond dat het om een periode van zes jaar zou gaan, wat met twee jaar verlengd zou kunnen worden. Qbuzz mag dus rijden tot 2017, terwijl de concessie nu opnieuw met twee jaar verlengd wordt, en dat mag juridisch niet.” Kamerlid Hoogland van de PvdA stelde daarop vragen aan de staatssecretaris.
Volgens Mansveld zit de onduidelijkheid in een PSO-verordening die in 2009 is aangenomen. In deze verordening staat dat een concessie voor het busvervoer maximaal tien jaar mag duren. De verordening is echter niet direct ingegaan, want ze heeft een overgangstermijn van tien jaar om daarmee geleidelijk aan de verordening te kunnen voldoen. “Uit de artikelen blijkt dat over de tweede verlenging in Groningen en Drenthe verschil van inzicht bestaat tussen partijen over de juiste toepassing van en mogelijkheden binnen het geldende recht. Als partijen er samen niet uitkomen, kan dit aan de rechter worden voorgelegd”, aldus Mansveld.