Jonge kinderen uit Noordoost-Nederland beginnen, anders dan aangenomen, gemiddeld niet met een taalachterstand aan de basisschool. Dat blijkt uit onderzoek van orthopedagoog Bé Poolman, die binnenkort aan de RUG promoveert.
Het platteland van Noordoost-Nederland is een regio met een lager opleidingsniveau en een lager gemiddeld inkomen. Bovendien zijn er minder culturele voorzieningen. Ondanks dat de regio qua taalontwikkeling goed in de pas loopt, zijn er grote verschillen. Daarom is er wel degelijk een grote groep kinderen met een problematische taalachterstand. In die gezinnen wordt bijvoorbeeld veel minder gelezen.
Poolman pleit, om de verschillen op te heffen, voor extra begeleiding van de kinderen, en voor opvoedingsondersteuning voor de ouders.