Onderzoek van het UMCG wijst uit dat een derde van de volwassen levertransplantatiepatiënten psychische problemen ervaart na de ingreep. Het gaat dan om angst, depressie of posttraumatische stress (PTS).
De problemen worden meestal veroorzaakt door ziektesymptomen en bijwerkingen van de medicatie. Hoewel een transplantatie een positief effect heeft op de fysieke gesteldheid van een patiënt, gaat de ingreep zelf gepaard met stress. Dit komt doordat een patiënt een levensbedreigende ziekte heeft, moet wachten op een geschikt donororgaan en een ingrijpende operatie moet ondergaan. Vervolgens bestaat ook nog de angst en kans op complicaties en een leven dat aan strikte richtlijnen gebonden is.
Verpleegkundige Coby Annema deed onderzoek onder ruim 280 patiënten die tussen 1979 en 2009 een levertransplantatie hebben ondergaan in het UMCG. Ruim 40% van de patiënten die langer dan 10 jaar geleden een transplantatie ondergingen meldden last te hebben van klachten. Levertransplantatiepatiënten zijn gebaat bij langdurig screening en ondersteuning. Annema adviseert om een psychologisch of psychiatrisch georiënteerde hulpverlener aan het transplantatieteam toe te voegen.
