Categorieën: Nieuws

Busreizigers boos over daldagkaart

De daldagkaart die te koop is in de bussen moet geldig zijn in alle concessiegebieden. Dat zeggen busreizigers die boos zijn over de prijzen van de kaart.

De boze reizigers wonen voornamelijk in Zuidoost Friesland en werken in de stad, of omgekeerd. “Vorig jaar kocht ik voor tien euro een daldagkaart waarmee ik de hele dag kon reizen”, vertelt Liz Main. “In december heeft Arriva echter het busvervoer in Zuidoost Friesland overgenomen waardoor ik nu zestien euro voor een enkele reis betaal, en 22 euro voor een retourtje. Alleen om het feit dat de daldagkaart van Qbuzz niet geldig is in de bussen van Arriva.”

“Ik baal hier ontzettend van”, zegt Jelte Hommes die wekelijks met de bus van Appelscha naar Groningen reist. “Omdat ik niet vier keer per week of vaker deze reis maak is een abonnement voor mij niet interessant en reizen op saldo is ook duurder. Dat ik nu ineens met een prijsstijging van veertig of zestig procent te maken krijg vind ik ongehoord.”

Een universele kaart
Main laat het er niet bij zitten en heeft inmiddels contact gezocht met Arriva en Qbuzz maar ook met hun opdrachtgevers de provincie Friesland en het OV-Bureau Groningen-Drenthe. “Het is allemaal heel moeilijk. De provincie Friesland probeert de partijen bij elkaar te brengen, maar het OV-Bureau houdt zich heel erg afzijdig en wil niet direct reageren.” Volgens Hommes is er maar één oplossing mogelijk. “Er moet gewoon één universele daldagkaart komen die in alle bussen van welk vervoersbedrijf dan ook, geldig is.”

Sebastiaan Scheffer

Volgende Stadjer wint arbiterzaak tegen Centrum Veilig Wonen »

Vorige « In weekeinde geen treinen naar Hoogeveen, Leer en Veendam

Bekijk reacties

Arne zegt:

6 maart 2017 bij 18:12

Na de zorg is het OV het volgende wat weer in overheidshanden moet komen. In 1995 werd de privatisering van het OV ons geserveerd met het sausje dat de concurrentie de prijzen zou doen dalen en dat de dienstverlening er niet onder zou leiden. Nou we weten nu wel beter, de prijzen zijn niet lager en in veel dorpen en kleinere steden rijden niet of nauwelijks meer bussen of stoppen treinen.