Vliegtuigen die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn neergestort moeten met hun bemanningen geborgen worden. Dat voorstel doet het Stadse Tweede Kamer-lid Stieneke van der Graaf van de ChristenUnie.
“We hebben veel samengewerkt met de Studiegroep Luchtoorloog 1939 – 1945”, vertelt Van der Graaf. “Sinds 1975 spant een aanzienlijke groep militairen, veteranen, historici en luchtvaartdeskundigen zich in om de historie van de luchtoorlog boven Nederland uit te zoeken. Uit de informatie die zij hebben verzameld blijkt dat er nog talloze toestellen met bemanningsleden nooit zijn geborgen.”
Van der Graaf heeft samen met Harry van der Molen van het CDA een voorstel ingediend voor een Nationaal Bergingsprogramma. De verwachting is dat er grofweg nog zo’n dertig tot vijftig wrakstukken met vermiste bemanningsleden in den lande liggen. De kosten voor de berging moeten door de Rijksoverheid gedragen worden. “Het is ook een wens van de nabestaanden. Zij willen graag dat vliegtuigwrakken worden opgegraven zodat hun familieleden, zelfs als ze ze niet gekend hebben, kunnen worden geïdentificeerd en herbergraven.”