Het regionaal aanbesteden van de spoorlijn Groningen – Zwolle zou veel voordelen bieden voor reizigers. Dat zegt directeur Anne Hettinga van Arriva Nederland.
Aanleiding voor de uitspraak van Hettinga is de quickscan die staatssecretaris Stientje van Veldhoven (D66) van Infrastructuur momenteel uitvoert. In het regeerakkoord is vastgesteld dat de stoptreindiensten op vier spoorlijnen waaronder Groningen-Zwolle openbaar aanbesteed gaan worden. De staatssecretaris onderzoekt of er in de provincies genoeg draagvlak is voor deze decentralisatie en of het ook daadwerkelijk tot verbetering leidt.
“NS mag alleen mee doen als er een gelijk speelveld is”
De NS heeft laten weten in deze aanbesteding mee te willen dingen. Vervoersbedrijf Keolis liet eerder al weten dat dit niet verstandig is omdat er met het meedingen van de NS sprake is van geen gelijk speelveld. Hettinga is het daar mee eens. “Er zullen hele goede afspraken gemaakt moeten worden wil er een gelijk speelveld ontstaan. De NS zal de intercitydiensten blijven verzorgen en beheert daarnaast de stations. Dat zorgt voor een hele grote voorsprong aan kennis en know-how , waar wij als regionale vervoersbedrijven niet tegen op kunnen.”
Daarnaast speelt de rol die de NS heeft als staatsbedrijf mee. “Samen met het ministerie van Financiën kunnen zij wellicht biedingen doen waar wij als bedrijven nooit tegen op kunnen. Dit alles zal aangepast moeten worden wil er een gelijk speelveld ontstaan, en pas dan zeggen wij dat de NS mee mag doen.”
Openbaar aanbesteden biedt veel voordelen voor reizigers
Volgens Hettinga leent de lijn naar Zwolle zich erg voor een aanbesteding en zal vooral de reizigers er veel van gaan maken. “Je kunt met een hogere frequentie gaan rijden, de dienstverlening kan uitgebreid worden en treinen kunnen een hogere snelheid gaan rijden.”
Komende herfst zal blijken wat het resultaat is van de quickscan van de staatssecretaris.
