Het gaat goed met de Kleine Vuurvlinder in natuurgebied de Lettelberter Petten. Bij een onlangs gehouden rondgang werd de vlinder veertig keer geteld en dat is bijzonder.
“Vorig jaar hebben we ook zo’n rondgang gehouden”, vertelt Rene Oosterhuis van het Groninger Landschap. “Toen werd de vlinder maar één keer geteld. Dit jaar gaat het veel beter. Als je nu om je heen kijkt zie je soms wel twee of drie tegelijk.” Dat het beter gaat komt volgens Oosterhuis door de zomer. “Het voorjaar verliep net als de zomer zonnig en warm. Daardoor hebben de eerste en tweede generatie vuurvlinders zich goed kunnen ontwikkelen. Inmiddels is het de beurt aan de derde generatie en die profiteren daarvan.”
Oosterhuis benadrukt dat niet alle problemen met de vlinders nu ineens opgelost zijn. “Het gaat niet goed met de insecten in ons land. Dat het nu met de kleine vuurvlinder hier in dit gebied goed gaat beschouw ik als een toevalstreffer. Hoewel ik ook moet bekennen dat we er als Groninger Landschap ook flink op inzetten. Deze bermen hebben we het hele jaar bijvoorbeeld nog niet gemaaid. In de ruigte die ontstaan is gedijen deze vlinders ontzettend goed. Eigenlijk zouden gemeenten, provincies en boeren de bermen onaangeroerd moeten laten. Maaien kost ook nog eens veel geld, terwijl een rijke berm de natuur erg ten goede komt.”