Jongeren gaan weer later het huis uit

nieuws
Foto Andor Heij

In 2017 waren jongeren gemiddeld 23,5 jaar toen ze uit huis gingen, in 2012 was dat nog 22,8 jaar. Dat meldt het CBS in het kader van de Jeugdmonitor. Volgens het CBS is er een duidelijk verband tussen deze verandering en het sociale leenstelsel voor studenten. 

Het Interstedelijk Studenten Overleg noemt deze cijfers een zorgelijke ontwikkeling. ISO-voorzitter Tom van den Brink: “Je studententijd is een ontzettend belangrijke tijd voor je ontwikkeling, het is een gemis dat studenten nu tegen hun wil in pas later de stap naar onafhankelijkheid kunnen maken omdat ze zich nu al zorgen moeten maken om de tijd na hun studie.”

Volgens het CBS zijn sinds de invoering van het sociaal leenstelsel minder studenten op kamers gaan wonen. Zowel tieners als twintigers zijn vaker in het ouderlijk huis blijven wonen. De verschuiving was het grootst bij jongeren van 19 jaar en 23 tot en met 26 jaar. In 2012 stond 76,4 procent van de 19-jarigen ingeschreven bij één of beide ouders en dat is verschoven naar 79,4 procent in 2017. Bij de 24-jarigen veranderde dit percentage van 33,6 naar 36,8.