De grote brand vorige week aan de Oliemuldersweg in de Oosterparkwijk had heel anders af kunnen lopen. Door het maken van goede keuzes op het juiste moment konden omliggende panden behouden blijven.
“Toen we ter plaatse kwamen leek er niet zo gek veel aan de hand”, vertelt Jack Teeuwen die bij de brand bevelvoerder op de tankautospuit was die als eerste ter plaatse kwam. “We hebben met onze zaklampen naar binnen geschenen en we zagen geen rook. Vier manschappen zijn daarop naar binnen gegaan, en ik ben aan de buitenkant een verkenning gaan doen. Aan de achterkant van het gebouw zag ik rookontwikkeling en kort daarna hoorde ik via de portofoon van de collega’s binnen dat ze de vuurhaard ontdekt hadden en een blussing gingen starten. Ik zag daarop de vlammen naar beneden gaan en ben teruggelopen. Op het moment dat ik bij de plek kom waar de collega’s naar binnen gelopen waren zie ik heel veel rook uit het gebouw komen, en daarop heb ik besloten iedereen direct uit het pand te halen.”
Gevaarlijke rookgassen tussen plafond en dak
De rook vertelt de bevelvoerder heel veel. “In het begin was het grijze rook, maar gaandeweg werd deze bruiner. Gevaarlijke rookgassen bleken zich te verzamelen tussen het plafond en het dak van het gebouw en veroorzaakten een gevaarlijke cocktail waarna de brand zich razendsnel uit kon breiden.” Voor de brandweer is het daarna alle hens aan dek. “Het gaat om een pand midden in een woonwijk, aan de achterkant is er een gebouw tegen aan gebouwd, aan de linkerkant staan schuurtjes. Als we op dat moment een verkeerde keuze hadden gemaakt dan waren deze omliggende gebouwen volledig afgebrand. Door de juiste tactiek hebben we dat kunnen voorkomen.”
“Relatief gezien goed afgelopen”
De brandweer zet vol in op het behoud van omliggende gebouwen. Dit doen ze door veel waterstralen en drie hoogwerkers in te zetten. Omliggende brandweerkorpsen schieten te hulp. “Door veel mensen aanwezig te hebben, veel en goed materieel ter plaatse te hebben, liep het relatief gezien goed af. En dat maakt mij heel gelukkig.”