De meeste scholieren in het voortgezet onderwijs hoeven vanaf volgende week één dag per week naar school. Dat blijkt uit een onderzoek van de VO-raad.
Voor haar onderzoek sprak de VO-raad met vierhonderd scholen. Vanaf dinsdag gaan de middelbare scholen weer open nadat ze halverwege maart vanwege de coronamaatregelen gesloten werden. Bij de heropening moeten scholen zich houden aan strikte maatregelen. Zo moeten leerlingen op anderhalve meter van elkaar blijven, moeten ze zoveel mogelijk de hele dag in hetzelfde klaslokaal blijven, mogen kantines en kluisjes niet gebruikt worden en mag men niet met het openbaar vervoer naar de school komen.
Combinatie van fysiek en online onderwijs
Door de anderhalve meter afstand kunnen er veel minder scholieren in de gebouwen terecht dan in de normale situatie. In de praktijk betekent dit dus dat verreweg op de meeste scholen gewerkt wordt met een twintig procent bezetting waarbij scholieren eens in de vijf dagen op school hoeven te komen. Op de andere dagen volgt men online onderwijs vanuit huis.
Grote verschillen
Onderling zijn er wel grote verschillen. Vier procent van de scholen laat niet iedereen naar school komen. Andere scholen bieden alleen mentoruren en toetsen in fysieke vorm aan terwijl er ook een deel is dat alle vakken aan wil bieden. Verreweg het grootste deel kiest voor een combinatie van vakinhoudelijke lessen en mentoruren.