De kat was er in 2018 voor verantwoordelijk dat 35 procent van de weidevogelkuikens geen lang leven was beschoren. Dat blijkt uit onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen. Om zeldzame vogelsoorten te beschermen zouden katten niet los buiten mogen lopen. Daarover bericht het televisieprogramma Nieuwsuur.
Ecoloog Chris Smit en jurist Arie Trouwborst pleiten voor een proefproces. “Waarom moet een hond wel aangelijnd zijn en de kat niet?”, zegt Smit. “De kat is veel gevaarlijker voor beschermde vogels en reptielen.” Uit een inventarisatie blijkt dat de katten in ons land jaarlijks tussen de 17 en 200 miljoen vogels vangen. Gemiddeld gaat het om 32 vogels per minuut. Daar zitten ook zeldzame en beschermde dieren bij.
De Groningse boer Freek Nieuwenhuis werkte mee aan het onderzoek van de RuG. Bij dit onderzoek werden katten gezenderd en werden er cameravallen geplaatst bij nesten van weidevogels. “Ik dacht dat steenmarters en vossen de grote boosdoeners waren”, zegt Nieuwenhuis tegen Nieuwsuur. “Maar het zijn onze eigen knuffeldieren die verantwoordelijk zijn dat 35 procent van de kuikens niet lang overleven. De kat blijkt een wolf in schaapskleren.”
Smit en Trouwborst zeggen dat de katten de allerschadelijkste exoten zijn die niet in de natuur horen waarbij ze hun hoop vestigen op de wetgeving. “Het Europees natuurbeschermingsrecht is onverbiddelijk: de kat mag buiten niet loslopen.” Trouwborst publiceerde zijn conclusies in november vorig jaar. Die publicatie ging niet onopgemerkt voorbij. Vanwege alle bedreigingen kreeg hij direct politiebewaking.