Partij voor de Dieren wil vingers niet branden aan afvaloven Omrin

nieuws
Foto: E-Trucks Europe

De Partij voor de Dieren stelt grote vraagtekens bij het voorgenomen besluit van het gemeentebestuur om per 1 januari 2022 het afval te laten verwerken door het Friese overheidsbedrijf Omrin, en niet meer door Attero.

De partij vindt dat het college een te rooskleurig beeld schetst. Omrin en Attero zouden qua scheidingspercentage ongeveer gelijk presteren, maar Omrin zou een veel lager tarief hanteren, waardoor een miljoen euro per jaar bespaard kan worden. Volgens de PvdD wordt niet genoeg aannemelijk gemaakt dat deze tarieven in de toekomst ook gegarandeerd zullen zijn.

“Vanaf 2023 zijn afvalinstallaties gebonden aan nieuwe Europese regelgeving met betrekking tot de uitstoot van emissies. Dat kan hier verplicht tot zeer grote investeringen leiden. Daarnaast wil Groningen in 2030 afvalvrij zijn, terwijl de huidige tarieven zijn gebaseerd op een afname van 150 kilo restafval per inwoner. Omrin levert ook stroom aan andere bedrijven en is dus afhankelijk van grote hoeveelheden afval. Dat is niet echt een prikkel voor afvalvermindering dus, want dan stijgen de tarieven wellicht”, aldus raadslid Kirsten de Wrede.

Onrin ligt in Harlingen, vlak naast het kwetsbare Waddengebied. De vuilverbrander heeft de afgelopen jaren meermaals een dwangsom moeten betalen wegens een te hoge uitstoot van koolmonoxide en koolwaterstoffen. Ook zijn er rechtszaken aangespannen over respectievelijk een te hoge uitstoot van zoutzuur en dioxone. De PvdD ziet liever dat een openbare aanbestedingsprocedure wordt opgestart.