Patiënten die wachten op een planbare chirurgische operatie, hebben baat bij een COVID-19-vaccinatie die daaraan voorafgaat. Dat blijkt uit onderzoek waaraan twee chirurgen van het UMCG hebben meegewerkt.
De vaccinatie kan volgens de chirurgen Schelto Kruijff en Jean Paul de Vries wereldwijd mogelijk duizenden sterfgevallen na operaties als gevolg van het virus voorkomen. Zij trekken deze conclusies uit de data van een wereldwijde studie onder ruim 140.000 chirurgische patiënten.
Tussen de 0,6 en 1,6 procent van de patiënten ontwikkelt een COVID-19-infectie na een planbare operatie. Patiënten die een COVID-19-infectie ontwikkelen, hebben een vier tot acht keer zo hoog risico op overlijden in de dertig dagen na de operatie. Patiënten van 70 jaar en ouder die een kankeroperatie ondergaan, hebben gewoonlijk een sterftecijfer van 2,8 procent; in dit onderzoek bleek dit te stijgen tot 18,6 procent als ze een COVID-19-infectie ontwikkelen.
De onderzoekers schatten in dat als het zogenoemde preoperatief vaccineren overal ter wereld wordt doorgevoerd, dit ongeveer 58.000 COVID-19-gerelateerde sterfgevallen in één jaar zou kunnen voorkomen. Dit kan met name belangrijk zijn voor lage- en middeninkomen landen zoals in Afrika en Zuid Amerika.