De gemeente Groningen mag de kunstwerken van Rudi van de Wint, die op het plafond van de entreehal in het Stadhuis op de Grote Markt zijn aangebracht, aan het zicht onttrekken door middel van een speciaal plafond. Dat is het oordeel van de rechtbank in Groningen, in een zaak die de Erfgoedvereniging Heemschut aanspande tegen de gemeente.
De rechtbank deed eind juni al uitspraak in de zaak, maar deze werd donderdag pas naar buiten gebracht. De rechtbank concludeerde dat het betoog van Erfgoedvereniging Heemschut, die stelde dat de schilderijen beschadigd zouden raken als de ‘stucanetmethode’ zou worden toegepast om de schilderijen te verhullen, niet standhoudt. “Het is niet aannemelijk geworden dat de plafondschilderingen door de voorgenomen stucanetmethode teloor zullen gaan”, aldus de rechtbank.
De gemeente handelt volgens de rechtbank ook niet in strijd met haar eigen beleid. “De gemeente heeft in redelijkheid kunnen oordelen dat het belang van monumentenzorg zich in dit geval niet verzet tegen verlening van de omgevingsvergunning met rijksmonumentactiviteit”, zo stelt de rechtbank.
Kunstwerk achter plafond
Heemschut trok begin vorig jaar aan de bel, toen de gemeente bekend maakte de kunstwerken aan het zicht te willen onttrekken.“Het is zeer ongewenst om deze hoogwaardige kunst onzichtbaar te maken en een grote hoeveelheid geld uit te geven aan een volstrekt onnodige ingreep. Het is beter en veel goedkoper om de kunst gewoon zichtbaar te houden”, zo liet Norman Vervat destijds namens erfgoedvereniging optekenen.
De kunstwerken op de plafonds werden in 1990 gemaakt door Rudi van de Wint. Naast de kunstwerken in de entreehal van het Stadhuis maakte hij onder andere de wandschilderingen in de nieuwe vergaderzaal van de Tweede Kamer, een plafondschildering in Paleis Noordeinde en een herinneringsmonument voor de vliegramp op Tenerife.