De rechtbank in Groningen heeft de bouw van veertien nieuwe woningen aan de Jan Groningerstraat tijdelijk stilgelegd. Volgens de rechtbank heeft de gemeente onterecht een omgevingsvergunning verleend aan woningcorporatie Nijestee.
De zaak tegen de gemeente Groningen werd aangespannen door enkele omwonenden van de straat. De woningbouwvereniging en de gemeente hadden, volgens de omgevingsvergunning, moeten zorgen voor voldoende parkeerplek voor de omwonenden van de nieuwe huizen. Ook is er, zo stellen de omwonenden, geen rekening gehouden met de auto’s die de nieuwe bewoners van de straat met zich mee kunnen brengen.
De rechter stelde de verweerders in het gelijk. De gemeente voerde aan dat de bewoners bij appartementencomplex De Zaag zouden kunnen parkeren. Dat kan volgens de rechter ’theoretisch’, maar in de praktijk is volgens de rechtbank niet goed onderzocht of hier in de praktijk ook altijd voldoende parkeerplek is. “Dit is gebaseerd op waarnemingen op slechts twee avonden en zegt daarmee niets over de parkeerdruk overdag, zowel door de week als in de weekeinden”, aldus de rechtbank. “Daarnaast werd, in de berekening van de beschikbare parkeerruimte, ook mogelijke parkeerruimte op particuliere opritten meegeteld.”
De huizen stonden gepland in het nieuwbouwproject De Velden, op de plek van het voormalige Stadion Oosterpark. De woningen zouden volgend jaar klaar zijn. Het terrein waar op gebouwd zou worden wordt, totdat er een oplossing is gevonden voor de parkeerproblemen, door Nijestee aan de omwonenden verhuurd als parkeerplek. Dat heeft de woningcorporatie donderdag laten weten aan DvhN en RTV Noord.
De woningcorporatie gaat de voorlopige voorziening aanvechten bij de rechter. Dat is volgens de rechtbank ook goed mogelijk, zo schrijft ze in haar oordeel: “Het is niet uitgesloten dat de genoemde gebreken hersteld kunnen worden. Indien verweerder en Nijestee slagen in het vinden van een passende oplossing, bijvoorbeeld op het terrein van De Zaag, bestaat voor hen de mogelijkheid de voorzieningenrechter te verzoeken de voorlopige voorziening op te heffen.”