De Raad van State heeft burgemeester Koen Schuiling van Groningen woensdag in hoger beroep in het ongelijk gesteld in een zaak rond de eigenaars van zeven prostitutiepanden aan de Nieuwstad.
Schuiling vindt dat eigenaren en verhuurders van prostitutiepanden een vergunning voor de exploitatie van een seksbedrijf moeten aanvragen. De Raad van State stelt echter dat alleen een leidinggevende van zo’n pand gedwongen kan worden om een exploitatievergunning aan te vragen, en niet de pandeigenaar, ondanks dat de laatste het overgrote deel van de inkomsten ontvangt.
Schuiling was van mening dat pandeigenaren en verhuurders van prostitutiepanden niet te vergelijken zijn met andere pandverhuurders, zoals bijvoorbeeld de eigenaar van een café. De Raad van State ging hier niet in mee. Het gevolg van de uitspraak is dat de eigenaar-verhuurders van de prostitutiepanden geen vergunning voor de exploitatie meer hoeven aan te vragen. Eén van de betrokken eigenaren verhuurt al sinds 2009 dergelijke panden.