Wethouder Isabelle Diks (GroenLinks) heeft woensdagmiddag tijdens een raadsvergadering gezegd dat ze de gang van zaken over het ontwikkelen van het nieuwe armoedebeleid betreurt.
Tijdens een ingelaste vergadering sprak de gemeenteraad over de nieuwe plannen van wethouder Diks om armoede op een andere manier te bestrijden. Aanvankelijk wilde de wethouder haar nieuwe plannen gaan presenteren tijdens een bijeenkomst op 28 februari in het Forum Groningen, maar begin deze week maakte het college bekend dat deze bijeenkomst niet door gaat.
Nieuwe methode om armoede te bestrijden
Woensdagochtend was er een bijeenkomst waar gemeenteraadsleden door ambtenaren en wethouder Diks werden bijgepraat over de ontwikkelingen van de nieuwe methode om armoede te bestrijden. Het idee is om de financiële methodiek die wordt gebruikt bij het ontwikkelen van grond te gebruiken voor de armoedebestrijding. In de armoedebestrijding zou het een zogeheten Sociale Investeringsexploitatie (SIEX) moeten gaan heten.
Met de bijeenkomst maakte de gemeente opnieuw duidelijk dat het idee neerkomt op het investeren in mensen, met de gedachte dat op een gegeven moment maatschappelijk of financieel rendement gehaald kan worden op die investering. Bij de bijeenkomst werd duidelijk dat het plan inhoudelijk nog moet worden uitgewerkt.
Kritiek op proces
Na de technische toelichting wilden een aantal partijen in de gemeenteraad alsnog met wethouder Diks in debat over de gang van zaken rond het nieuwe beleid. SP-fractievoorzitter Jimmy Dijk had het over een goede beslissing van het gemeentebestuur om de bijeenkomst van 28 februari uit te stellen, maar vroeg zich vooral af hoe dat besluit tot stand is gekomen.
“Het afgelopen halfjaar zijn er grote woorden gevallen. Een radicale strategie voor een nieuw armoedeplan. Op 2 februari hadden we een raadsbijeenkomst waar ook coalitiepartijen vielen over de timing van de bijeenkomst op 28 februari. Daarna was het bijna twee weken stil. Toen kwam er op 14 februari een mea culpa van het spijt ons, we betreuren de ophef, daarom laten we de sessie op 28 februari in het forum vervallen. Waarom kwam het college terug op dat punt?”, vroeg Dijk.
Wethouder Diks reageert: “Het spijt ons dat deze onrust is ontstaan. Het was niet de bedoeling om de raad hierbij niet te betrekken, maar eerst meer achtergrondinformatie te verzamelen”, aldus de wethouder. Op de vraag van Dijk wanneer het besluit is genomen om de bijeenkomst van 28 februari uit te stellen zegt Diks: “Ik zou niet het precieze moment aan kunnen geven waarop het besluit is genomen om die bijeenkomst niet door te laten gaan. Ik heb hier gesprekken over gevoerd. Zou niet exacte moment aan kunnen geven”, aldus de wethouder. RTV Noord schreef hierover eerder dat Diks zelf wel heil zag in de presentatie, maar dat ze door collega’s in het college is teruggefloten.
Verder ontwikkelen van plan
CDA-fractievoorzitter René Bolle had ook inhoudelijk kanttekeningen bij de plannen. “Waarom noemen we het zo moeilijk? Waarom wordt er gewerkt aan een financieel instrument dat nog niet is kortgesloten met de accountant? Als we meer geld willen vrijmaken voor armoedebestrijding, kunnen we dat met een volgende begrotingsbehandeling gewoon vaststellen”, aldus Bolle.
Het CDA en de SP dienden een motie in, waarin het college werd gevraagd om te stoppen met de ontwikkeling van de zogeheten SIEX. De motie werd gesteund door de SP, de VVD, de Partij voor de Dieren, het CDA, 100% Groningen, de Stadspartij en de PVV. Tegen de motie stemden collegepartijen GroenLinks, D66, PvdA, ChristenUnie en daarnaast oppositiepartij Student en Stad. Raadslid Jan Pieter Loopstra (PvdA) neemt genoegen met de excuses van het college en dat de bijeenkomst op 28 februari niet doorgaat. “Voor ons is de kous daarmee af”, aldus Loopstra.
De partijen die tegen de motie stemden wachten af hoe de ideeën over het nieuwe armoedebeleid de komende tijd verder uitgewerkt gaan worden en willen het dan inhoudelijk bespreken. Het is nog niet bekend wanneer de inhoudelijke uitwerking van de plannen naar de raad kan worden gestuurd en wanneer het besproken kan worden.