Lokale partijen en landelijke partijen met een lokale afdeling hebben geen gelijk speelveld. Volgens deskundigen is er transparantie nodig.
Landelijke politieke partijen krijgen namelijk subsidie voor hun werkzaamheden waar lokale afdelingen van profiteren. Lokale partijen zonder band met een landelijke partijen daarentegen krijgen geen overheidssteun. Partijen in de Eerste en Tweede Kamer krijgen in totaal 25 miljoen euro subsidie per jaar. Lokale politici die verbonden zijn aan een landelijke partij kunnen gebruikmaken van de kennis en algemene middelen van hun partij, bijvoorbeeld voor trainingen of het bekostigen van advertentieruimtes.
“Het vraagt veel van raadsleden”
Terwijl lokale partijen de afgelopen jaren steeds meer zetels winnen, moeten deze partijen zelf op zoek naar financiering. Zo hebben diverse partijen er voor gekozen om de contributie en een deel van de vergoedingen in de partijkas te stoppen. Toch groeien de zorgen: “Steeds meer complexe taken zijn op het bordje van de gemeenten komen te liggen”, laat hoogleraar innovatie en regionaal bestuur Marcel Boogers van de Universiteit Twente weten. “Dat vraagt heel veel van raadsleden. Daar hebben raadsleden ook wat ondersteuning bij nodig en dat kost geld.”
Giftenreglement
Boogers noemt het niet alleen een praktisch probleem. Het is ook nog eens riskant. “Het risico is dat je ze min of meer in de armen drijft van het lokale bedrijfsleven, dat best bereid is om invloed te kopen en die partijen met donaties fors te financieren.” Het giftenreglement is bij lokale partijen niet van toepassing. Landelijke partijen moeten giften van 4.500 euro of meer openbaar maken, wat het kopen van invloed bemoeilijkt. Voor lokale partijen zijn de regels minder streng.
Amendement
De SP heeft onlangs een amendement ingediend, mede ondertekend door de PvdA. Daarin vraagt de partij om subsidie en strengere transparantie-eisen voor gekozen sub-nationale partijen om de democratie te versterken en beïnvloeding via giften tegen te gaan. Het amendement wordt komende week besproken in de Tweede Kamer.