Binnen een jaar willen UMC-onderzoekers vaststellen of medicinale cannabisolie (CBM olie) invloed heeft op de pijnervaring van patiënten met Epidermolysis Bullosa. Dat is een ernstige erfelijke blaarziekte die gepaard gaat met hevige pijn, chronische wonden en littekens.
De ziekte is tot nu toe ongeneeslijk en patiënten kunnen alleen geholpen worden met pijnbestrijding. Het onderzoek richt zich dan ook alleen op het ervaren van pijn en niet op de blaarvorming. EB-patiënten hebben niet alleen pijn door hun wonden en de verzorging daarvan, maar soms ook op verschillende plaatsen in het lichaam.
Pijnbestrijding is voor EB-patiënten cruciaal, stelt André Wolff, anesthesioloog-pijnspecialist in het UMCG: “Wat wij als artsen tot onze beschikking hebben om pijn bij EB-patiënten te bestrijden, is eigenlijk niet voldoende. De pijn begint bij de geboorte en duurt een leven lang omdat de blaren en wonden blijven komen. Er is geen remedie. Veel pijninterventies zijn niet bedoeld om jarenlang te gebruiken, maar helaas is dat wél nodig voor EB-patiënten.”
De olie die wordt gebruikt bestaat uit 10 procent THC en 5 procent CBD en is bereid door de Nederlandse Transvaal Apotheek. “Uit de literatuur en klinische ervaring blijkt dat CBD de nadelige bijwerkingen, zoals sufheid, van THC onderdrukt, aldus mede-initiatiefnemer Nic Schräder. “Daarom is de combinatie van werkstoffen essentieel.”
De groep deelnemers krijgt zowel de CBM olie als de placebo (nepmiddel) toegediend in verschillende volgordes. In Nederland zijn er ongeveer 500 patiënten met EB, van wie 90 procent onder behandeling is in het UMCG bij het Centrum voor Blaarziekten. Minimaal zestien patiënten zullen worden geselecteerd om deel te nemen aan het onderzoek.
