De Duitse kunstenaar Gunter Demnig kwam maandagochtend naar Groningen om Stolpersteine te leggen. Demnig gaf ook een lezing in de Synagoge van Groningen.
Demnig legde twee Stolpersteine voor een pand aan de Oude Kijk in ’t Jatstraat 8. De stenen zijn een herinnering aan Henri Frank en zijn zus Mathilde Frank. Zij woonden van 1941 tot maart 1943 op dit adres. In maart 1943 werden zij door de Duitse bezetter uit hun woning gehaald en na een korte internering in kamp Westerbork naar vernietigingskamp Sobibor gedeporteerd waar ze op 20 maart werden vermoord. Van de grote Joodse familie Frank hebben slechts enkelen de oorlog overleefd.
Ook aan de Westersingel 41 werden twee Stolpersteine gelegd. Deze stenen zijn een herinnering aan de verzetsstrijders Pieter Heertje Dijksterhuis en zijn zoon Cornelis Yno George Dijksterhuis. Pieter Heertje bezat een accountantskantoor in Stad en was lid van de verzetsorganisatie De Ordedienst. In september 1944 werd hij opgepakt en vervolgens verhoord in het beruchte Scholtenshuis. Op 12 oktober werd hij gefusilleerd nabij Westerbork. Cornelis Yno studeerde Theologie in Amsterdam en werkte in de oorlog voor het clandestiene dagblad Trouw. Hij werd in Amsterdam gearresteerd en op 11 oktober 1944, een dag voor zijn vader, vermoord in Wormerveer.
Na de legging aan de Westerhaven held Demnig een voordracht in de Synagoge aan de Folkingestraat over zijn werk. Demnig begon in 1990 met de actie, indertijd in Keulen ter herinnering aan de deportatie van Sinti en Roma.