‘We hebben peentjes gezweet of er wel volk zou komen, maar klooster Yesse staat echt op de kaart’

nieuws
Foto: Rieks Oijnhausen

De geschiedenis van klooster Yesse bij Essen stond de afgelopen dagen in de schijnwerpers met een uitgebreid programma dat zich voornamelijk in de Martinikerk afspeelde. Hein Bekenkamp van de organisatie kijkt tevreden terug op het evenement.

Hoi Hein! Ik begreep dat jullie je van tevoren, in de aanloop naar het evenement, wat zorgen hebben gemaakt …
“Dat klopt. We hebben echt peentjes gezweet of er wel mensen zouden komen. Zou er wel interesse zijn in de geschiedenis, en in het bijzonder voor klooster Yesse en de cisterciënzer monnik Caesarius en zijn abt Henricus van Heisterbach? De Middeleeuwen zijn nu eenmaal niet de periode die vol in de schijnwerpers staat. Omdat mensen zich voor het evenement moesten aanmelden, dat was een uitvloeisel van de coronamaatregelen, hadden we oprecht zorgen. Maar uiteindelijk zijn we heel erg verbaasd en tevreden. We hebben honderden mensen mogen verwelkomen. We kunnen stellen dat klooster Yesse volop in de belangstelling staat.”

Het evenement duurde drie dagen en werd afgelopen donderdag afgetrapt met lezingen bij brouwerij Martinus. Had je toen gelijk al het gevoel dat het goed zou komen?
“Ja, eigenlijk werden daar alle zorgen al weggenomen. Kijk, het is niet een super grote ruimte, maar het zat gewoon vol. Er waren veel studenten, maar ook iets oudere studenten, afgekomen op de lezing rond het centrale thema ‘feesten en vasten in de Middeleeuwen’. En dat was een ontzettend mooi verhaal. Bijvoorbeeld over de rol van bier in de Middeleeuwen. De Grieken en de Romeinen moesten daar niks van hebben. Die hadden zoiets, wat is bier? Wij richten ons op wijn. Maar nu blijkt dat bier vroeger ook in China en Japan werd gedronken. Het was een soort noodzaak. Daarnaast was er een mooie lezing over de nut en noodzaak van vasten waarbij verteld werd dat dit vroeger zeer nuttig was, en dat het tegenwoordig ook nog nuttig kan zijn.”

We hebben het over cisterciënzer monnik Caesarius die in Yesse terecht kwam. Wat weten we eigenlijk over het vrouwenklooster?
“Je kunt misschien beter vragen wat we nog niet weten. Ik denk dat ons beeld van klooster Yesse nog lang niet volledig is. Om een vergelijking te maken. Er wordt vaak gesproken over klooster Aduard. Dat dat groot is geweest en dat het een hele belangrijke rol heeft gehad. En dat is absoluut waar. Maar persoonlijk twijfel ik als er geconcludeerd wordt dat Aduard veel groter was dan Yesse. Klooster Yesse was veel groter dan het kneuterige wat veel mensen voor ogen hebben. In plaats van vijftien zusters vermoeden wij dat er zeker honderd mensen hebben gewoond. Volgende maand wordt er overigens weer gestart met opgravingen op het terrein. We hopen dat er dan weer mooie dingen gevonden gaan worden, wat ons een beter beeld geeft over die tijd.”

Vondsten die de afgelopen jaren zijn gedaan zijn tot eind juni ook te bekijken in het hoogkoor van de Martinikerk hè?
“Klopt. Deze expositie hebben we vrijdag geopend. Dit viel samen met een lezing van Bart Flikkema. Hij schreef een boek over ‘De Arm van Johannes de Doper’ die in de Middeleeuwen in de Martinikerk werd vereerd. Het boek werd aangeboden aan de Commissaris van de Koning, René Paas (CDA). Ook werd de film ‘Caesarius’ van Willem Hoiting vertoond. En opvallend was dat er opnieuw veel belangstelling was. Meer dan wat we verwacht hadden. We hadden vooraf echt het idee van, oh jee, als er maar mensen komen.”

Tekst gaat verder onder de video

De film ‘Caesarius’ van Willem Hoiting

Het hoogtepunt vond zaterdag plaats met een processie …
“Klopt. We hebben de route gelopen die Caesarius achthonderd jaar geleden, samen met zijn abt, heeft gelopen van Yesse naar de Martinikerk. Hier kwamen ruim vijftig wandelaars, of misschien moet je zeggen bedevaartgangers, op af. Onderweg zijn er op verschillende plekken situaties toegelicht. Bijvoorbeeld op de plek waar hosties zijn begraven, maar hebben we ook stilgestaan bij de gebrandschilderde ramen van een gebouw waar het verhaal van Johannes de Doper wordt verteld. Het was een succes.”

De rode lijn in je reactie lijkt de belangstelling te zijn. Dat er meer mensen op af kwamen dan wat jullie gedacht hadden. Kun je zeggen dat de Middeleeuwen meer leven dan dat jullie dachten?
“Wat ik al zei, de Middeleeuwen zijn een periode die niet het belangrijkst wordt gevonden. Maar je ziet wel dat het triggert. Dat komt ook omdat, waar we het nu over hebben, zich in onze stad heeft afspeeld. Klooster Yesse stond even ten zuiden van Stad. De route die Caesarius liep is tegenwoordig nog steeds te lopen. En er is veel overgebleven uit die tijd. Handschriften, materialen. Daar komt bij dat we heel veel nog niet weten, en dat maakt mensen nieuwsgierig.”

Als ik naar mezelf kijk dan was er tijdens de geschiedenislessen op de lagere school, en op het voortgezet onderwijs, veel aandacht voor de moderne geschiedenis en werden de Middeleeuwen veel minder uitgebreid behandeld. Zou er volgens jullie meer aandacht voor moeten komen?
“Ik denk dat het heel erg afhankelijk is van op welke school je hebt gezeten. Maar de belangstelling neemt wel toe. Dat komt ook door zulke evenementen zoals wij die nu organiseren. Het haalt het nieuws, en er is ook wat te zien. We krijgen de afgelopen jaren steeds regelmatiger de vraag van basisscholen of ze met een klas langs mogen komen, en of wij iets kunnen vertellen. En dat kunnen we. Sterker nog, kinderen kunnen bij Yesse zelf aan de slag met opgravingen. Als ze daar dan een kloostermop tevoorschijn toveren, dan vergeten ze dat van hun leven niet weer. En het is goed dat hier aandacht voor is. De geschiedenis van Groningen is zo rijk en er is zoveel wat we nog niet weten.”

De tentoonstelling in de Martinikerk, met parallele exposities in de Universiteitsbibliotheek en bij de Groninger Archieven, is tot eind juni te bezichtigen. Meer informatie over klooster Yesse vind je op deze website.