De dagpauwoog is in de gemeente Groningen de vaakst getelde vlinder bij de tuinvlindertelling. De telling werd afgelopen weekend gehouden.
De telling, een initiatief van De Vlinderstichting, begon afgelopen vrijdag en duurde tot zondag. Tot maandagmiddag 12.00 uur konden mensen hun tellingen doorgeven. “Het was vrijdag nog heel rustig qua tellingen”, schrijft De Vlinderstichting. “Maar op zondag stroomden de tellingen binnen. In totaal zijn er maar liefst 73.000 vlinders waargenomen. De dagpauwoog werd het vaakst gezien en deed het vooral goed in de noordelijke provincies en in Twente en de Achterhoek.”
Meer tellers dan voorgaande jaren
Door de jaarlijkse tuinvlindertelling krijgt De Vlinderstichting inzicht in hoe het gaat met de vlinders. “Die informatie is belangrijk, want dagvlinders reageren snel op het milieu en op klimaatverandering. Vorig jaar duurde de tuinvlindertelling drie weken. Dit jaar hadden we besloten om één weekend tot tuinvlinderweekend uit te roepen en de telling verspreid over drie dagen te houden om inzicht te krijgen in de landelijke stand op een tijdstip. Ondanks de kortere duur van de telling zijn er meer dan 73.000 vlinders waargenomen, waar er vorig jaar in drie weken ruim 110.000 vlinders werden doorgegeven. Opvallend is dat er dit jaar meer tellers hebben meegeteld dan de voorgaande jaren, namelijk 6.000.”
Keizersmantel
En er was een verrassing. De keizersmantel werd namelijk waargenomen. Dit is een soort die normaal gezien niet veel voorkomt in tuinen en toch werd deze vlinder, verspreid door het hele land, gezien. De dagpauwoog werd dus het vaakst gezien. Op plaats twee eindigde de atalanta, die vorig jaar nog het vaakst werd gezien. Deze vlinder werd 9.887 keren geteld. Op plaats drie eindigde het klein koolwitje. Deze vlinder werd 8.737 keren gezien.
