Column Benno de Jongh | Ongedeeld ongenoegen

column

Ze staan op de meest gekke plekken. Schuin op de stoep, met tientallen in een onbestemd hoekje van een industrieterrein, met honderden bij het Hoornsemeer of zomaar ergens midden op een fietspad. Soms liggen ze zelfs in een bosje of in de goot. Ze hangen nog net niet in de boom.

Deelscooters zijn veel mensen een doorn in het oog. Maar toch is een verbod, ofwel het intrekken van de vergunning van de aanbieders, niet automatisch een goed plan. Ja, dan gaan de jongeren en studenten, de groep die het meest gebruik maakt van de e-scooters, vaker lopen of fietsen. Maar er is ook een groep, en dan gaat het om zo’n twintig procent van de ritten blijkt uit onderzoek, die in plaats van de deelscooter de auto neemt. En dan zijn er nog degenen die de deelscooter voor een ‘gewone’ scooter inruilen, eentje met een benzine-verbrandingsmotor.

Terwijl deelscooters vooral ergernis opwekken als ze stilstaan, zijn de ouderwetse scooters vooral irritant wanneer ze rijden. Als deelscooters een doorn in het oog zijn, zijn scooters met een verbrandingsmotor een balk in het oog. Snorfietsen, bromfietsen en scooters, die we voor het gemak allemaal scooters zullen noemen, zijn net muggen. Ze zijn eigenlijk altijd irritant, soms op de achtergrond en soms dichtbij. En als je er eentje doodslaat, dan komt er altijd wel weer een nieuwe voor terug.

Scooters maken meer lawaai dan een vrachtwagen, en stoten vaak ook nog eens meer fijnstof uit. Ze zijn relatief vaak betrokken bij ongelukken. Voor een stoplicht blazen ze hun uitlaatgassen in je gezicht. En als ze dan stilstaan, op de stoep, gaat het alarm te pas en onpas af, ook ’s nachts. Dat is de afdeling klein leed, zou je kunnen zeggen. Dan moet je maar niet in de stad gaan wonen, toch? Hoe denk je wel niet dat het in Amsterdam of Rome is?

Prima, je kan natuurlijk alles wegrelativeren. Maar voor veel mensen is de scooter veel meer dan een kleine ergernis. Als je de pech hebt, woon je op een doorgaande weg, in een woning zonder dubbel glas, en dan kan het zomaar zijn dat je meerdere keren per nacht wakker schrikt van zo’n opgevoerd onding. Stel je voor: elke nacht weer tientallen muggen in je slaapkamer, die je met geen mogelijkheid kan doodslaan.

Daar komt een bepaald asociaal gedrag bij, dat bijna synoniem lijkt aan de scooterrijder. Mensen die een scooter hebben lijken ermee vergroeid. Even naar de supermarkt, hup op de scooter. Even naar een vriend, hup op de scooter. Even niets te doen, hup een rondje op de scooter. Het is meer dan een vervoersmiddel of een hobby, het is een soort huisdier dat dagelijks uitgelaten en gevoed dient te worden. En scooterrijders beschouwen andere weggebruikers toch vooral als hindernissen, die na zenuwachtig toeteren plaats moeten maken voor de zelfverklaarde koning van de weg.

Eigenlijk heeft iedereen een pleurishekel aan scooters, behalve degenen die erop zitten of ze verkopen. Dat – samen met de vele schadelijke effecten zoals luchtvervuiling en geluidsoverlast – zou in een normale wereld genoeg reden moeten zijn voor een verbod. Natuurlijk, je moet als politiek niet lichtzinnig verboden op gaan leggen. Want dat mensen grotendeels hun eigen keuzes kunnen maken in hun eigen leven, is een groot goed. Maar in een wereld waarin de politiek juist steeds vaker denkt te weten wat goed en slecht is voor ons persoonlijke leven, is het vreemd dat de scooter buiten schot blijft.

De Groningse binnenstad wordt steeds drukker. Alles loopt, zweeft, zoeft of glijdt in verschillende snelheden door elkaar. Je ziet e-bikes die sneller gaan dan de reactiesnelheid van de bestuurder. Je ziet skateboarders die schijt hebben aan de rest van de weggebruikers. Je ziet buitenlandse studenten op kinderfietsjes die Groningen hebben uitgekozen om te leren fietsen. Je ziet racefietsers die weigeren hun Strava-tijd ten koste te laten gaan van de overvolle stad. Je ziet wandelaars die het verschil tussen de straat en de stoep niet zien óf willen zien, omdat alles geel is. Er lopen joggers tegen het verkeer in, omdat die de Oude Boteringestraat nou eenmaal als een geschikt parcours beschouwen. En dan zijn er nog de dronken studenten op kapotte fietsen, die meer met elkaar bezig zijn dan met de omgeving.

Kortom: het is een gezellige chaos. Of in beleidstaal: het dossier mobiliteit wordt een steeds grotere uitdaging. Het aantal ongelukken neemt dan ook in hoog tempo toe en het is een wonder dat het er niet nog veel meer zijn. Om de verrommeling van het straatbeeld niet nog verder in de hand te werken, heeft de gemeente deze week besloten aanbieders van e-steps geen vergunning te geven. De verwachting is dat met de helmplicht vanaf 1 januari het aantal gebruikers van deelscooters af zal nemen, hetgeen voor iets meer rust zou kunnen zorgen in het verkeer.

Eerlijk is eerlijk, de gemeente Groningen probeert ook best wat tegen de vervuilende snorfietsen, bromfiets en scooters te doen. Zo komt er een zero-emissiezone binnen de diepenring vanaf 2025, al geldt die in eerste instantie dan weer niet voor benzine-scooters. En nu geldt al een verbod voor scooters om op bepaalde ‘groene’ fietspaden te rijden, zoals dwars door het Noorderplantsoen. Het is alleen jammer dat de politie, vanwege chronisch personeelsgebrek door bedenkelijke keuzes van de landelijke politiek, vrijwel nooit iets handhaaft, ook dit niet. Als de gemeentelijke politiek daadwerkelijk verbeteringen wil doorvoeren zou elke raadsvergadering eigenlijk over handhaving moeten gaan. Want regels verzinnen is leuk en aardig, maar als ze niet nageleefd worden, heb je er nog niets aan.

De regels die door Europa zijn opgelegd, worden gek genoeg wel altijd braaf opgevolgd. De Europese politiek legt ons land bijkans lam met allerlei milieuwetten. Maar de scooter, die naast milieuschade ook een flinke doses dagelijkse ergernis veroorzaakt, kan niet worden aangepakt. Want volgens Europa zou het in Nederland verbieden van snorfietsen met een benzinemotor de interne markt van de Europese Unie schaden. In gewone-mensentaal: de scooterlobby heeft in Brussel goed zijn werk gedaan.

Het ziet er dus naar uit dat scooters de komende decennia de uitlaatgassen in uw gezicht blijven uitblazen, u geregeld doen opschrikken en u uit uw slaap blijven houden. Tenzij de Groningse politiek het lef heeft de Europese regelgeving aan de laars te lappen. Dat zou niet alleen een aardig experiment zijn, maar betekent ook dat de gemeente de burger écht tegemoetkomt. De vraag blijft dan wel: wie gaat ervoor zorgen dat niemand het scooterverbod aan z’n laars lapt?

Benno de Jongh is freelance journalist, onder meer bij RTV Noord en voor verschillende schaakwebsites en -bladen. Benno schrijft wekelijks een column over een relevant onderwerp uit de gemeente Groningen. Heb jij een goed onderwerp waar Benno aandacht aan moet besteden? Of wil je iets kwijt over de columns? Stuur dan een mail naar benno@oogtv.nl