Hoewel de bouwkosten de afgelopen jaren de pan uitrezen voor de bouw van de nieuwe Friesenbrücke, houdt Deutsche Bahn vast aan eind 2024 voor de ingebruikname van de treinovergang over de Ems.
Volgens omroep NDR maakte de Duitse spoorbeheerder eerder deze week bekend hoe de bouw van de nieuwe brug verder gaat verlopen. Momenteel worden er proefgaten geboord vanaf een drijvend platform, om te kijken of er obstakels in de ondergrond zitten. Volgend jaar gaan de eerste damwanden hier de grond in. Tegelijkertijd gaan de eerste kabels de grond in voor de brugbediening.
Als de funderingen eenmaal staan, moet de daadwerkelijke brug richting Weener worden getransporteerd. Die wordt gebouwd in Linz in Oostenrijk. De brug moet vervolgens stukje voor stukje met vrachtwagens richting Noord-Duitsland worden gebracht.
Hoewel Deutsche Bahn voorlopig vasthoudt aan 2024 voor ingebruikname van de spoorbrug, die ervoor moet zorgen dat er weer rechtstreekse treinen kunnen rijden tussen Groningen en Leer, is onduidelijk of dat ook gehaald gaat worden. De sterk gestegen kosten worden deels veroorzaakt door tekorten aan materieel en personeel. Dat zorgde eerder al voor forse prijsstijgingen. Eind augustus werd duidelijk dat de prijs voor de nieuwe spoorbrug opliep van 125 naar 200 miljoen euro.
De brug, die in 2015 werd aangevaren en sindsdien buiten gebruik is, zorgt ervoor dat treinen vanuit Groningen slechts tot Weener kunnen rijden. De verbinding tussen Weener en Leer wordt sindsdien ingevuld door lijnbussen. De nieuwe 337 meter lange brug moet daar verandering in brengen. Eind 2024 moet de brug klaar zijn en onderdeel vormen van het Wunderline-project. Treinreizigers moeten dan in minder dan twee en een half uur van Bremen naar Groningen kunnen reizen