Stikstofplannen kabinet: “Men is de weg kwijt; kaas, melk en vlees zal fors duurder worden”

nieuws
Foto: Ingmar Vos - ingmarvosfotografie.nl

Het kabinet presenteerde vrijdag de langverwachte stikstofplannen. Uit het veld komen zorgelijke reacties. Zo ziet melkveehouder Erwin Bijman uit Ten Boer de plannen niet zitten.

Hoi Erwin! Ben je geschrokken van de plannen?
“Ik word er triest van. Misschien hoor je het ook aan mij, maar ik ben echt chagrijnig. Welke duidelijkheid hebben deze plannen van het kabinet nu precies gegeven voor de boeren? Helemaal niks. Sterker nog, het zorgt voor onduidelijkheid omdat we niet weten waar we staan, wat we kunnen, en of de uitkoopregeling überhaupt een succes gaat worden. Men is compleet de weg kwijt.”


De plannen in het kort
Het kabinet gaat boeren, die relatief veel stikstof uitstoten in de buurt van kwetsbare natuurgebieden vanaf april een eenmalige vrijwillige regeling aanbieden om te stoppen. Worden de stikstofdoelen niet gehaald, omdat er te weinig animo is voor de regeling, dan gaat het kabinet de zogeheten piekbelasters vanaf 2024 gedwongen uitkopen. Hoe hoog dat bedrag precies wordt, is nog niet helemaal duidelijk. Deze week circuleerde in de media dat het om 120 procent van de waarde van het bedrijf zou gaan. Politiek en natuurorganisaties zijn blij, landbouworganisaties zijn sceptisch.

Hoe komt het dat je de plannen niet ziet zitten?
“Wat er momenteel al gebeurd, en wat dus nog even door zal gaan, is een wildwest-situatie. De stikstofmarkt zit op slot. De overheid, waaronder Rijkswaterstaat, zijn als een gek bezig om stikstof bij boerenbedrijven op te kopen om zelf maar hun eigen projecten uit te kunnen voeren. Agrarische akkers en weilanden voor asfalt en woningbouw. Men moet mij uitleggen hoe dit precies werkt. Want we willen onze zelf gecreëerde natuur beschermen? Dat doen we door boerenbedrijven uit te kopen, zodat met de vrijgekomen stikstofruimte asfalt aangelegd kan worden en woningen gebouwd kunnen worden. Want voorbijrazende auto’s en vrachtwagens zijn wel goed voor de natuur? Men is de weg kwijt.”

Het uitkopen van bedrijven die veel stikstof uitstoten, met een waarde van 120 procent. Gaat dat lukken?
“Nee. Het klinkt heel mooi, maar van de 120 procent moet je sowieso 40 procent afdragen. Dus je verkoopt je bedrijf voor 80 procent van de marktwaarde. Geloof mij, hier gaat niemand op reageren. Wil je dit tot een succes maken dan zal je 200 procent moeten bieden. Verplaats je ook even in onze situatie. We hebben het over bedrijven die vaak generatieslang bestierd worden. Dat wordt door gezinnen gedaan. Daar stop je mee. Maar wat dan? Je zult kapitaal nodig hebben om een volgende stap in je leven te kunnen zetten, om een carrière switch te maken of om te emigreren. Dus nee, die 120 procent gaat niet werken.”

LTO maakt zich zorgen over de plannen. Zij zijn bijvoorbeeld bang dat producten duurder gaan worden …
“Dat gaat ook gebeuren. Als er volgend jaar te weinig bedrijven zich melden voor een vrijwillige uitkoop, dan volgen gedwongen sluitingen. Bedrijven zullen moeten stoppen. Dat betekent dat er minder bedrijven zijn die kaas, melk, vlees en eieren produceren voor de markt. Ook omdat de overgebleven bedrijven met aanvullende regelgeving te maken krijgt, waarvan we nu nog niet weten hoe dat er uit gaat zien. Schaarste, of meer vraag, leidt tot hogere prijzen. Daar denkt niemand over na, maar het is echt zo.”

Om tekorten aan te vullen kun je wellicht gaan importeren vanuit het buitenland …
“Dat wordt gezegd inderdaad. Maar wil je afhankelijk zijn van het buitenland? We hebben dit jaar gezien wat de gevolgen van een oorlog kunnen zijn. Wat het doet met het aanbod van graan op de markt. Maar bedenk ook eens dat voor import transport nodig is. Bij dat transport komt allerlei stikstof vrij. Dus we worden als land kwetsbaarder, de prijzen gaan omhoog, en voor het transport wordt meer stikstof uitgestoten. We zijn echt op een verkeerde manier bezig. Je hebt straks een voedselprobleem, waarbij 70 procent van de mensen dat niet ziet aankomen omdat men denkt dat melk en vlees in een fabriek wordt gemaakt.”

Hoe moet het verder met de land- en tuinbouw in het land?
“Door duidelijkheid te bieden. Die is er nu niet. Kunnen we straks boer blijven? Gaan we natuur inclusief boeren? Gaan we op de ecologische toer? Willen we nog veehouderijen? Op geen enkele vraag is er nu duidelijkheid. Waar we naar toe willen, wordt in deze plannen niet duidelijkheid. Er wordt om heen gepuzzeld, er wordt uitgesteld. En wij boeren willen echt wel veranderen. Dat hebben we in het verleden vaak genoeg laten zien. De landbouw en veeteelt is door de decennia heen een erg innovatieve sector. Maar wel op voorwaarde dat er een eerlijk verdienmodel aan vast zit. Veranderen is nu echter moeilijk omdat banken ontzettend huiverig zijn. Als jij nu je bedrijf wilt aanpassen, dan zal geen enkele bank je willen helpen. Alles zal uit eigen zak moeten worden betaald.”

Hoe wordt er door je collega’s gereageerd?
“Er is veel chagrijn. En de vraag is wat we moeten gaan doen. We zijn al drie jaar aan het praten, maar er wordt niet geluisterd. Het enige dat geboden wordt is uitstel wat zorgt voor meer onzekerheid. Er komt geen enkel antwoord op onze vragen. En moet je dan nu actie gaan voeren? Moeten we weer op trekkers overal naar toe vliegen? Persoonlijk ben ik daar geen voorstander van, maar we moeten ons wel laten horen.”

Je hebt het in je reactie ook over begrip. Je vertelde dat sommige mensen denken dat melk uit de fabriek komt. Heb je het dan misschien ook over een kennis- of besefkloof?
“Dat zou zo maar kunnen. Sowieso merk ik in mijn eigen omgeving veel steun, omdat inwoners van Ten Boer heel goed weten waar het vlees en de melk vandaan komt. Het aantal mensen dat lokaal koopt, waarmee ze de boer direct steunen, neemt ook flink toe. Als je nooit buiten de stad koopt, en je melk en eieren op de hoek van de straat in een supermarkt koopt, dan denk je misschien heel anders, en dan kijk je er heel anders tegen aan. Dat besef niet zien, dat vind ik zorgelijk.”

“Een dubbel gevoel”
Sjaak van der Tak is voorzitter van de LTO. Hij heeft een dubbel gevoel bij de plannen: “Er is ongelofelijk veel zorg over het perspectief voor blijvende boeren. De plannen werken kostenverhogend en maken eieren en kaas duurder. Een goede vrijwillige stoppersregeling is positief, maar de blijvers, die voor ons centraal staan, krijgen veel aanvullende beperkingen opgelegd. Denk aan een hoger grondwaterpeil en beperkte innovatiemogelijkheden. Ik heb echt een dubbel gevoel.”