Het aantal ongelukken met elektrische fietsen is de afgelopen jaren toegenomen. De fractie van GroenLinks maakt zich zorgen over deze stijging.
“Het nieuws dat het aantal ongelukken is toegenomen is allereerst zorgwekkend”, reageert raadslid Benni Leemhuis. “Hoe de cijfers precies geïnterpreteerd moeten worden, dat weet ik niet. De analyse is nog niet voorhanden. Een deel van de verklaring is dat oudere mensen, door elektrische fietsen, langer mobiel blijven. Dat is heel mooi, maar ze zijn tegelijkertijd vatbaarder voor ongelukken. Een andere verklaring is de gedragsverandering. Als je voorheen een fietser aan zag komen dan kon je een inschatting maken hoe snel iemand reed. Tegenwoordig is dat veel moeilijker. Op basis van de visuele trapsnelheid kun je niet meer beslissen of je er snel even voor langs kunt.”
“Nadenken hoe we het veiliger in kunnen richten”
Leemhuis: “En als derde punt zou ik het verkeersgedrag willen benoemen. De coronacrisis zorgde in het voorjaar van 2020 voor minder verkeer op de weg waardoor het gedrag veranderd. In hoeverre heeft dat invloed nu de verkeersstromen weer normaliseren? Je merkt, ik ben nu vooral vragen aan het stellen en presenteer veronderstellingen, hoe het kan waarom het aantal ongelukken is toegenomen. De analyses en antwoorden heb ik nog niet. Dat het aantal ongelukken toeneemt betekent wel dat we na moeten denken hoe we het veiliger kunnen inrichten. En daar zijn we ook al mee bezig. Op het vlak van verkeer en verkeersveiligheid gebeurt veel. De visie van de Fietsersbond is in overeenstemming met onze eigen visie. Er is de afgelopen jaren een hele set maatregelen gekomen.”
“Heel gek dat een fatbike als een e-bike wordt bestempeld”
De Fietsersbond pleitte afgelopen week om meer straten en wijken in te richten als 30 kilometer-zone en om speedpedelecs en fatbikes van de fietspaden te halen. Leemhuis: “Eigenlijk is het heel gek dat de fatbike als een e-bike wordt bestempeld. Ze zijn zwaar, groot en log. Ook als je kijkt naar het type motor, dan zou je eigenlijk moeten concluderen dat je dit geen e-bike kunt noemen. Dus het probleem zie ik wel, maar er is wel meer onderzoek nodig naar de rol van dit type voertuig. Wat betreft de speedpedelecs ben ik voorzichtiger. Veel mensen beschouwen deze fiets als een alternatief voor de auto. Minder auto’s in onze stad is nu net wat we willen. Voor de rest kunnen we ons aansluiten bij de Fietsersbond. We willen meer 30 kilometer-zones en we willen meer ruimte voor de fiets. Dat staat ook in onze mobiliteitsvisie, die we een jaar geleden hebben aangenomen.”
“Kijk naar je eigen gedrag en kies voor een alternatieve route”
Leemhuis ziet ook oplossingen om het aantal ongelukken af te laten nemen: “Kijk naar je eigen gedrag in wat je doet. Je hebt een hoofdfietsroute, maar kijk ook naar een alternatief. Als je snel ergens naar toe moet, dan kun je gebruik maken van de hoofdroute. Maar als je het rustig aan kunt doen, dan kun je gebruik maken van een alternatieve route, waar het rustiger is, maar waarbij je wel iets langer onderweg bent. En dat kun je doortrekken. Zo kun je verschillende routes opstellen voor verschillende soorten fietsers. Ik ben wel voorstander om hier verder naar te kijken, dat de gemeente er werk van gaat maken om dit uit te werken.”
“Zoek de ruimte waar de ruimte is”
“Maar belangrijker is dat je wat mij betreft de ruimte moet zoeken waar de ruimte is. Een auto die hard rijdt heeft meer ruimte nodig. We moeten qua inrichting naar een situatie waarbij de auto niet primair is. Dat kan door 30 kilometer-zones, waardoor er meer ruimte is voor fietsers en voetgangers.” Het raadslid erkent dat er de afgelopen jaren veel is veranderd: “Sowieso het type fietsers is heel erg veranderd. Maar ook zien we een toename in het aantal scooters. Alles komt bij elkaar, waardoor de ruimte minder is geworden. Zeker op de hoofdfietsroutes komen we aan de grenzen van de capaciteit.”
“Jonge mensen kiezen vaker voor de fiets”
Leemhuis noemt dat positief: “Kijk bijvoorbeeld naar park Selwerd. Daar is enkele jaren een nieuwe fietsroute geopend. Dat is een enorm succes. Daarbij had ook de coronacrisis zijn effecten. Door deze crisis kozen minder mensen voor het openbaar vervoer en meer voor de fiets, en inderdaad ook voor de auto. Ook jonge mensen kiezen tegenwoordig vaker voor de fiets. Dat zijn ontwikkelingen waar we oog voor moeten hebben. Dat hebben we al, en het is belangrijk om dat goed in de gaten te houden.”
Verslaggever Stan Edes sprak afgelopen week met De Fietsersbond:
