Studentenkoor Gica kan tevreden terugkijken op het winterconcert dat afgelopen weekend plaatsvond. Volgens Martijn Meelker was er voor beide avonden veel belangstelling.
Hoi Martijn! Vorige week heb je al aan ons uitgelegd dat het winterconcert één van de hoogtepunten is in jullie jaar. Ik kan me voorstellen dat in de dagen voorafgaand aan het concert, de spanning flink toeneemt …
“Absoluut. Je begint je dan af te vragen of alles wel goed komt. Ook omdat het wel wat uitdaging met zich mee brengt. Tijdens het concert zongen we met begeleiding van een kistorgel. Dat instrument is er in onze voorbereiding vrij laat bijgekomen, waardoor we voor het eerste concert maar twee keer met orgel hadden gerepeteerd. Dat maakt het spannend, maar brengt ook gelijk een uitdaging met zich mee. Het brengt namelijk nogal wat teweeg als je gaat zingen met zo’n instrument, dat toch wel behoorlijk prominent aanwezig is.”
Het eerste concert vond vrijdag plaats in Oosterwolde, voor het tweede concert streken jullie neer in de Lutherse Kerk …
“Het was fantastisch. Het publiek was enthousiast over de stukken die we speelden. We sloten af met het Magnificat, ook wel bekend als de lofzang van Maria. Dit slotstuk hadden we als verrassing uitgezocht, en daar werd heel positief op gereageerd. De concerten trekken altijd wel mensen die geïnteresseerd zijn in koormuziek, en zij hadden flink wat complimenten voor ons. Bij de concerten hadden we namelijk slechts vijf sopranen op het podium staan, terwijl andere stemgroepen bij ons meer mensen hebben. Maar ondanks dat stonden de vijf sopranen hun mannetje. Kudos voor hen.”
Het thema van het concert had te maken met de Alpen, waarbij jullie zowel de Duitse als de Italiaanse kant lieten horen …
“Het thema gaf ons heel veel mogelijkheden. We hebben werken ten gehore gebracht van componisten als Monteverdi en Palestrina. Voor het Duitse deel kozen we voor stukken van Schütz en Bach. Vooral de Italiaanse werken vielen in de smaak. Het is een taal waar je minder vaak mee in aanraking komt dan het Duits, Frans of Engels. En het brengt ook uitdaging. We zongen bijvoorbeeld Monteverdi’ Sfogava con le stelle. Dat is qua ritme niet zo makkelijk. Het was heel bijzonder om dat mee te maken, en hoe er op gereageerd werd.”
Wat voor mensen komen er op jullie concerten af? Zijn dat jongeren, of juist ouderen?
“In de Lutherse Kerk mochten we 130 man publiek verwelkomen, in Oosterwolde waren er vijftig mensen aanwezig. In Groningen is het publiek heel gemêleerd. Veel jongeren, maar ook ouderen, en flink wat mensen die zelf muzikaal actief zijn. In Oosterwolde is het publiek duidelijk ouder. Het klinkt overigens misschien een beetje vreemd dat één van onze concerten in Friesland wordt gegeven, maar dit is een traditie geworden die ongeveer zes jaar geleden is ontstaan. Eén onze leden komt uit Oosterwolde, waarbij diens vader op dat moment de beheerder was van Het Anker, de kerk aldaar. En zo is de traditie geboren. Door de jaren heen hebben we er ook een naam opgebouwd, en ook een duidelijke fanschare.”
Zijn jullie met deze aantallen bezoekers ook tevreden?
“Jazeker, wij hebben onze targets behaald. In Groningen hebben we wel concerten gegeven voor minder dan honderd man publiek. Daar zaten we nu ruimschoots boven. Het is een kleine kerk, dus daardoor ook flink vol zat. Dat maakt het gelijk ook intiem. Ik vertelde al over het kistorgel. We maken met opzet niet gebruik van de bestaande orgels. Dit omdat de organist dan niet zichtbaar is, en ook moeilijker contact maakt met het koor. Door met een kistorgel te werken, is dit wel mogelijk. Tijdens de pauze hebben we zelfgebakken taart en koek verkocht. Dit vond gretig aftrek. De opbrengsten van deze verkoop gaat naar ons als koor.”
En nu zit het er op. Maar tijd om lang achterover te leunen is er niet hè?
“Dat klopt. Komende donderdag hebben we in de Oosterkerk een introductie-evenement. Vorige keer heb ik al verteld dat we op dit moment veertig leden hebben, waarbij we voor de coronacrisis er 65 hadden. We zijn op zoek naar nieuwe mensen die bij ons willen zingen. Dat doen we voor het eerst met een evenement. Daarbij bestaat het eerste deel van de avond uit het zingen van canons, waarbij een andere groep in de kerk spelletjes gaat spelen. We noemen dat het ‘spel met de pan’, waarmee we willen laten zien dat we ook een hele sociaal koor zijn, waar plezier voorop staat. De tweede helft bestaat uit het laten horen van stukken die we zingen, en daarna sluiten we af met een samenzang.”
Nu had je het eerder over een gering aantal sopranen op het podium. Jullie zoeken dus sopranen?
“Absoluut. Die zoeken wij zeker. Dus mocht je nieuwsgierig zijn, of mocht je het leuk lijken, kom dan donderdag bij ons langs. Het vindt plaats in de Oosterkerk aan de S.S. Rosensteinlaan. We beginnen om 19.30 uur, waarbij het handig is als je er iets eerder bent.”
En ondertussen zijn de voorbereidingen voor het volgende concert ook begonnen?
“Jazeker. Komende zomer, in juni of juli, willen we een concert geven dat het thema ‘Rondje Oostzee’ gaat krijgen. Tijdens dit concert willen we stukken zingen uit Scandinanvië en de Baltische Staten. Het leuke is dat de muziek in deze landen een andere ontwikkeling heeft doorgemaakt dan in andere delen van Europa. Ik denk dat we daardoor iets heel moois en bijzonders neer kunnen gaan zetten. Wanneer het precies plaats gaat vinden, daarvan houden we de mensen op de hoogte via onze social media-kanalen.”