De iconische wilg aan de Noorddijkerweg op Kardinge, die vorig jaar in brand werd gestoken, bloeit weer. Maar volgens Natuurmonumenten is het geen halleluja-verhaal.
“Het klopt dat de boom weer bloeit”, vertelt boswachter Reinger Hartog van Natuurmonumenten. “En wat ook positief is, is dat de boomhommel weer in de boom zit. De boomhommel is een vrij grote soort hommel die veel in tuinen en parken is te vinden. Dus dat is best goed nieuws. Maar tegelijkertijd moeten we ook constateren dat deze wilg flink gehavend is. Er zit bijvoorbeeld een gigantische holte in.”
Brand op Kardinge
De brand in de boom woedde vorig jaar op 30 mei. Brandweerlieden waren samen met medewerkers van Natuurmonumenten uren bezig om de brand te blussen en de boom te koelen. De schade was toen zo groot dat de boom teruggesnoeid moest worden. Natuurmonumenten sprak toen al van een groot drama. Kardinge is een relatief jong gebied, waarbij deze wilg uit een periode komt dat het gebied nog geen natuurgebied was. De wilg had vorig jaar mei een omtrek van zeven meter en is één van de oudste bomen in de gemeente. De oorzaak van de brand is naar alle waarschijnlijkheid brandstichting, maar verdachten zijn nooit opgepakt.
“Vroeg of laat zullen we de boom opnieuw moeten knotten”
Hartog: “Wat we vorig jaar gedaan hebben is dat we de boom teruggesnoeid hebben in de hoop dat de stam in de toekomst mogelijk weer uit kan lopen. Dat gebeurt ook. Maar als je de illusie hebt dat de boom weer hetzelfde wordt als wat het ooit is geweest: nee. De afgezette stammen zijn zwak, waardoor we vroeg of laat opnieuw moeten knotten. De boom is door de brand zwak geworden.”
“Maximaal haalbare”
De boswachter is ook duidelijk: “Dat de boom nu in bloei staat, dat is het maximaal haalbare. Door hard werken van brandweerlieden, loonwerkers en medewerkers van Natuurmonumenten is er gezorgd dat de boom in leven is gebleven. Maar als je nu vraagt of ik blij ben. Nee. Dit is geen halleluja-verhaal. De boom heeft grote schade opgelopen, en deze wilg zal nooit meer zo iconisch worden als wat het ooit is geweest.”