De vogelgriep heeft toegeslagen op het broedeiland Stern bij de Eemshaven. Natuurbeheerders in de provincie maken zich zorgen, en roepen Den Haag op om met een landelijke strategie te komen.
“In De Onlanden is het op dit moment rustig”, vertelt boswachter Bart Zwiers van Natuurmonumenten. “En ik realiseer me direct dat ik dit moet afkloppen. Afgelopen voorjaar hadden wij een uitbraak van het virus in ons gebied waarbij er honderden dode kokmeeuwen werden aangetroffen. Op dit moment treffen wij eigenlijk geen vogelgriepgevallen aan. Maar de zorgen zijn groot, want het klopt inderdaad dat er op het eiland Stern de afgelopen periode veel dode vogels zijn aangetroffen. De gevolgen daarvan zullen ook in de hele regio merkbaar zijn, waarbij er ook het risico is dat het overslaat.”
Vogeleiland Stern
Het vogeleiland Stern in de Ems bij de Eemshaven werd in 2017 aangelegd. Op dit moment is het één van de belangrijkste broedgebieden voor trekvogels als de noordse stern en de visdief. Vorig jaar broedden er 945 paar visdieven. De noordse stern was met 144 broedparen aanwezig. Daarmee herbergt het eiland voor beide soorten de grootste kolonies van de Waddenzee.
Peter de Boer (Sovon): “Je begint met zakken, inmiddels gebruiken we kruiwagens”
Peter de Boer is van kennisinstituut Sovon Vogelonderzoek. “De situatie is heel ernstig”, vertelt De Boer. “Je begint met vuilniszakken om de dode vogels in te stoppen, inmiddels gebruiken we kruiwagens. Het gaat inmiddels om 3.500 dode vogels, en dat aantal zal de komende dagen verder oplopen. Het gaat om grote aantallen, waarbij er ook veel jonge dieren slachtoffer zijn geworden. En ja, dan kun je een hele stoere man zijn, maar dit doet mij echt pijn. Ik heb al verschillende keren met tranen in de ogen staan kijken.”
“Gaat om de hoogpathogene variant”
Dat het mis was werd ongeveer 2,5 week geleden duidelijk. “We komen niet dagelijks op het eiland, omdat we de situatie niet willen verstoren. Ruim twee weken geleden ontdekten we dertig dode en zieke vogels. Een paar dagen later waren het er meer dan driehonderd. Uit onderzoek is inmiddels vast komen te staan dat het om de hoogpathogene variant gaat. Kokmeeuwen worden getroffen, maar ook visdieven. Van de afgelopen voorjaar geboren kokmeeuwen is nog ongeveer twintig procent over. De visdief lijkt daar nu achteraan te gaan. Op zich is dat logisch, want de vogelsoorten zitten verspreid door elkaar heen. Ik doe dit werk nu 24 jaar, maar dit heb ik nog nooit eerder meegemaakt.”
“Minder vogels in het Waddengebied”
Op de vraag hoe ernstig dit is, is De Boer helder: “Het vogelgriepvirus verspreidt zich steeds verder. Waar het virus eerst alleen voorkwam onder de wintervogels worden sinds vorig jaar ook broedvogels getroffen. Als je het hebt over de visdief en de kokmeeuw, dan zijn dit langlevende vogels. Dus als er een jaar geen jongen worden geboren, dan is dat niet direct rampzalig, hoewel je de effecten in het hele Waddengebied gaat merken omdat er minder vogels zijn. Een groot deel komt te overlijden, en is er niet meer. Dat heeft effect. Ter vergelijking: als dit bij een koolmees zou gebeuren, die leeft ongeveer twee jaar, dan zouden de gevolgen vele malen dramatischer zijn.”
“Raak dode dieren niet aan”
Volgens De Boer is het belangrijk om de komende tijd alert te zijn: “Je wilt de vogels niet verstoren, maar het is belangrijk om toezicht te houden. De visdief is bijvoorbeeld sneller dan de kokmeeuw, dus je wilt zicht houden op waar zulke zieke dieren naar toe gaan. En als vogelgriep uitbreekt, is het belangrijk om de kadavers snel te ruimen. Je wilt niet dat andere dieren er mee aan de haal gaan. Dat geldt ook voor mensen die tijdens wandelingen dode vogels aantreffen. Raak ze niet aan, blijf op afstand. Ook als je in gezelschap van een hond bent, zorg er voor dat de hond de kadavers of zieke vogels niet aanraakt. Ook de mens kan ziek worden, en wereldwijd zijn er al ruim 800 mensen overleden aan deze vorm van de vogelgriep.”
Meint Kolthof (Partij voor de Dieren): “Ik schrik van dit nieuws”
Meint Kolthof is fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren in de provincie: “Ik schrik van dit nieuws. We hebben onlangs een uitbraak gehad in De Onlanden, en nu zie je dat het toeslaat op een andere plek in de provincie. Het gevaar van een zoönose wordt onderschat en het dierenleed is afschuwelijk. Voor zover ik weet geldt de ophokplicht nog in Groningen, en het is belangrijk dat die er voorlopig ook nog even blijft. Niet ideaal voor de dieren, maar dit laat zien dat het noodzakelijk is.”
Bart Zwiers (Natuurmonumenten): “Waar is landelijke regie?”
Terug naar Bart Zwiers in De Onlanden: “Deze uitbraak is de bevestiging dat dit virus niet meer weg zal gaan. En ik zou graag een oproep willen doen. Deze situatie vraagt om een landelijke strategie van het kabinet. Ik heb daar eerder om gevraagd, en het blijft gewoon stil. En dat snap ik niet. De Veiligheidsregio Groningen, en ook wethouder Kirsten de Wrede (Partij voor de Dieren) hebben afgelopen voorjaar voortreffelijk werk geleverd, maar ik baal er van dat het vanuit Den Haag stil blijft.”
Peter de Boer (Sovon): “Voor de mens vormt het virus een groot risico”
De Boer sluit zich daar bij aan: “De ontwikkeling in de afgelopen jaren is dat het virus iedere keer een stapje dichter bij de mens komt. En ook voor de mens vormt dit virus een groot risico. Daarom is het belangrijk om zoogdieren niet in contact te laten komen met kadavers of zieke vogels. En ook dat mensen er niet mee in aanraking komen.”
Mensen die dode vogels aantreffen kunnen een melding maken bij Sovon.