Archeologen hebben vorige week een pelgrimsampul uit de late middeleeuwen opgegraven op de Grote Markt.
De ampul, vijf centimeter hoog en vier centimeter breed, is gemaakt van lood en tin. Het centrale kruis op de ampul, waar wijwater of een andere vloeistof uit een heilige bron of plaats in zat, werd gedragen op de borst. Het werd dus gedragen als een ketting.
Volgens ingenieursbureau MUG, wat de opgravingen op de Grote Markt uitvoert voor de gemeente Groningen, staat de ampul symbool voor het sterke geloof in dit soort heilige vloeistoffen in de late middeleeuwen: “Het geloof in de geneeskrachtige werking van het gezegende water was groot in die tijd. Een ampul was nog meer beschermend dan een normale pelgrimsinsigne waarvan we ook al een flink aantal op de Grote Markt hebben gevonden.”
De ampul is de zoveelste in een reeks aan geschiedkundige schatten die de verbouwing van de Grote Markt en het bijbehorende archeologisch onderzoek heeft opgeleverd. Eerder kwamen al ‘souvenirs’, een achthonderd jaar oude straat, het uiteinde van een zwaard en ‘stoutigheden‘ uit de bodem.