Kinderen tussen 2 en 6 jaar leren beter en eerder fietsen als ze op school of bij de opvang in aanraking komen met fietsen. Dat blijkt uit de proef ‘Jong op de fiets’, die de afgelopen maanden werd gedaan op een aantal kinderdagverblijven en basisscholen in Groningen.
In totaal deden er 144 kinderen mee. Halverwege de proef kon 35 procent van de 2- tot 4-jarigen fietsen, tegenover acht procent bij de start van het project. In het basisonderwijs liep het aantal kinderen dat kan fietsen op van 56 naar 70 procent. De eindresultaten zijn nog niet binnen, maar de provincie verwacht dat de percentages nog op zullen lopen.
De kinderen op de opvang en de scholen (waaronder SKSG de Krullevaar in Meerstad) kregen op een speelse manier les van fietsdocenten van Huis voor de Sport Groningen en pedagogische medewerkers. Op geleende (loop)fietsen konden ze veel oefenen op het schoolplein. Daarnaast leerden kinderen (en ouders) het dragen van een helm normaal te maken. Ook werden ouders gestimuleerd om vaker met de kinderen te fietsen.
De gemiddelde leeftijd waarop kinderen leren fietsen stijgt al jaren. Ook kunnen steeds minder kinderen goed omgaan met hun fiets, omdat ouders fietsen riskant vinden of liever andere vervoersmiddelen gebruiken. Ook hebben veel mensen met een migratieachtergrond geen fiets of vinden de ouders dit minder vanzelfsprekend. Daarom begonnen de provincie en het Huis voor de Sport Groningen in januari met de proef. Het plan is om de proef om te zetten in een project, zodat meer kinderen fietsles kunnen krijgen.