Derdelanders houden in de gemeente Groningen geen plekken bezet die eigenlijk voor Oekraïense vluchtelingen zijn bedoeld. Dat laat wethouder Manouska Molema (GroenLinks) van Asielzaken weten.
Molema reageert daarmee op vragen van fractievoorzitter Dennis Ram van de PVV: “Als fractie zijn we onlangs op bezoek geweest op de vluchtelingenboot in het Eemskanaal. Wat ons opviel is dat er daar veel vluchtelingen uit Afrika verblijven. Wij zijn daar verbaasd over. Wij willen graag weten of deze vluchtelingen gebruik hebben gemaakt van de Oekraïne-route, en daarmee dus eigenlijk misbruik hebben gemaakt van de situatie. Als dat zo is, dan zouden wij graag willen dat het gemeentebestuur een signaal af gaat geven naar de landen van herkomst waar deze vluchtelingen vandaan komen.”
Wethouder Manouska Molema: “Rechter doet in november uitspraak”
Wethouder Molema: “Als gemeente voeren we de landelijke richtlijn ’tijdelijke bescherming andere nationaliteit’ uit. Toen de oorlog in Oekraïne begon verbleven daar vluchtelingen die een tijdelijke vergunning hadden. Zij zijn vervolgens opnieuw gevlucht, en onder andere hier in onze gemeente terecht gekomen. Wij bieden hen opvang aan. Aanvankelijk zou deze opvang op 4 september stoppen, omdat de IND de richtlijn wilde beëindigen. Daarop werden er rechtszaken aangespannen. In november wordt een uitspraak verwacht, en in afwachting daarvan houden deze mensen hun recht op opvang.”
Jeffry van Hoorn (GroenLinks): “Welke Oekraïense vluchtelingen hebben we niet op kunnen vangen?”
Het leidt bij Ram tot een vervolgvraag: “Maar het is een bijzondere situatie. Het is een landelijke richtlijn, waarmee de derdelanders opvangen op plekken die eigenlijk bedoeld zijn voor Oekraïense mensen. Dat kan toch niet de bedoeling zijn?” Voor de wethouder kan reageren mengt fractievoorzitter Jeffry van Hoorn van GroenLinks zich in de discussie: “Kan meneer Ram mij uitleggen welke Oekraïense vluchtelingen wij niet hebben op kunnen vangen?”
Dennis Ram (PVV): “Immigranten uit andere landen gaan de normale asielprocedure in”
Ram: “We hebben het over mensen, derdelanders, die op dezelfde locatie worden opgevangen als Oekraïense vluchtelingen. Dat vinden wij vreemd, omdat het toch niet samen gaat? Als immigranten uit andere landen zich in Nederland melden, dan gaan zij de normale asielprocedure in. Als het studenten zijn, dan is de herkomst te achterhalen en als mensen, dus geen Oekraïense staatsburgers, misbruik gemaakt hebben van de Oekraïneroute om Europa in te komen dan horen ze ook teruggestuurd te worden naar het land van herkomst. Het is een oneigenlijk gebruik van deze route.”
Wethouder Manouska Molema: “Mensen in Oekraïne werden overvallen door de oorlog”
Van Hoorn: “U komt met de stelling dat plekken voor Oekraïense vluchtelingen ingenomen worden door derdelanders, maar u kunt dit niet onderbouwen. U constateert een probleem, maar u onderbouwt het niet.” Wethouder Molema: “Landelijk zijn er afspraken over een taakstelling. Op dit moment kunnen wij zeggen dat er geen plekken zijn ingenomen door derdelanders. Zij houden niet plekken bezet. U moet zich voorstellen dat deze mensen naar Oekraïne zijn gevlucht, en dat zij daar ook overvallen werden door de oorlog. De vraag die nu op tafel ligt is hoe we daar verder mee om gaan. En dat is een vraag die in november door de rechter beantwoord zal worden.”