Jan Willem Drijvers, universitair hoofddocent Oude Geschiedenis bij de Rijksuniversiteit Groningen, is vrijdagmiddag benoemd tot Officier in de Orde van Oranje Nassau.
Burgemeester Marcel Thijsen van Tynaarlo speldde de versierselen op bij Drijvers tijdens zijn afscheidscolloquium in de Doopsgezinde kerk in de Oude Boteringestraat.
De universiteit noemt Drijvers een vooraanstaand expert, een wegbereider en bevlogen pionier, één van de belangrijkste wetenschappers op zijn terrein en een internationale superster voor wetenschappers en studenten in het binnen- en buitenland. Drijvers heeft tal van invloedrijke boeken en wetenschappelijke publicaties in toonaangevende internationale tijdschriften en naslagwerken op zijn naam staan. Hij schreef aansprekende monografieën over bijvoorbeeld Helena Augusta, de moeder van de Romeinse keizer Constantijn de Grote. Ook was Drijvers coauteur van de twaalf delen van de reeks boeken over het werk van de vierde-eeuwse historicus Ammianus Marcellinus: een onmisbaar standaardwerk voor iedereen die de geschiedenis van de Late Oudheid bestudeert.
“Drijvers nam zijn onderzoek mee naar de collegebanken”, schrijft de RUG over Drijvers. “Hij staat bekend als een effectieve begeleider, inspirerende docent en geduldige vraagbaak. Hij is behulpzaam en benaderbaar en altijd bereid om extra tijd te besteden als studenten daar behoefte aan hebben. Drijvers heeft zich altijd ingezet voor het algemeen belang en vervulde hij naast zijn onderzoek en onderwijs tal van administratieve en bestuurlijke functies en extra taken. Ook zette hij zich in voor het verbetertraject bij de opleiding Geschiedenis en speelde hij een belangrijke rol bij de voorbereiding van visitaties. Dat alles deed hij zonder aarzelen, vanwege een sterk gevoel van verantwoordelijkheid, ook als die taken hem extra tijd kostten.”
Buiten zijn werk was Drijvers lid van het bestuur van het Groningse jeugdorkest JSMO en van Stichting de Ploeg en zette hij zich in voor de atletiekvereniging ATC’75 en de 4Mijl. Als lid van de ouderraad van het Praedinius Gymnasium maakte hij zich sterk voor het behoud van het Praediniusfonds, dat voor de school van onschatbare waarde is.