In de provincie Groningen moeten voor 1 februari volgend jaar 359 extra plekken zijn voor de opvang van Oekraïners. Dat blijkt uit een verdeelsleutel die staatssecretaris Van der Burg met de 25 Nederlandse veiligheidsregio’s heeft vastgesteld, na een ingelast overleg van het Veiligheidsberaad.
De Nederlandse gemeentes moeten nu al hard op zoek naar extra bedden om de inzet van crisisopvang voor Oekraïners te voorkomen. Deze week nog moeten er 500 extra bedden zijn gevonden in Nederland. Voor één oktober moeten daar nog eens 500 bedden bij zijn gekomen, om op 1 februari uit te komen op zevenduizend extra opvangplaatsen voor vluchtelingen uit Oekraïne.
De gemeentes binnen de Veiligheidsregio Groningen (oftewel de provincie) vangen nu 4.052 Oekraïners op. Dat moeten er , zoals gezegd, over vier maanden ruim 350 meer zijn.
De reden voor de benodigde ophoging is volgens Van der Burg vraag en aanbod: er zijn steeds minder plekken beschikbaar buiten de opvanglocaties waar Oekraïners naartoe geplaatst kunnen worden, waardoor de opvanglocaties niet doorstromen. “Met name mensen met een zorgbehoefte, alleenstaande mannen en personen met huisdieren verblijven er veel langer dan de bedoeling is”, aldus de staatssecretaris.
Volgens Wouter Kolff, burgemeester van Dordrecht en voorzitter van het Veiligheidsberaad is Nederland ook erg aantrekkelijk voor Oekraïners om naar toe te gaan: “De voorzieningen die Nederland treft voor vluchtelingen uit de Oekraïne zijn vrij ruim. De combinatie van leefgeld, mogelijkheid tot werken en gratis opvang maakt dat wij een aantrekkelijker land zijn om naar toe te komen dan andere Europese landen. Daarnaast, we vinden het verschil met de voorzieningen die we bieden aan vluchtelingen uit andere landen daarmee wel erg groot. De staatssecretaris heeft aangegeven hiermee aan de slag te gaan in de tijdelijke wet die ingaat per 1 januari 2024. Maar wij hopen dat er voor die tijd al iets kan gebeuren. Op dit moment komen er per week zo’n 400 mensen uit Oekraïne naar Nederland en, hoe graag we ook opvang bieden, het legt een enorm beslag op onze mensen en voorzieningen.”