Sinds de jaren zeventig is de poffertjeskraam van Trijnko Nijboer een vertrouwd gezicht op de Grote Markt. Zondag komt daar na vijftig jaar een einde aan. De Grote Markt wordt heringericht, en daarbij is er geen ruimte meer voor de poffertjeskraam in de huidige vorm.
De huidige kraam meet acht bij twaalf meter, en heeft een terras van ongeveer 150 vierkante meter. In de nieuwe opzet van de Grote Markt is het de bedoeling dat de kraam voor de oude V&D komt te staan, maar de poffertjeskraam moet dan wel fors kleiner zijn. Ook wil de gemeente dat de kraam aan het eind van elke dag vertrekt, terwijl in de huidige situatie de kraam er van 1 maart tot 1 november staat, en alleen wijkt wanneer er kermis is. Gesprekken hebben de afgelopen periode niets opgeleverd. De gemeente laat weten dat de vergunning per 1 januari wordt ingetrokken.
Groningse Fotodoos
Voor de Facebook-pagina De Groningse Fotodoos is het reden om terug te blikken. Uit informatie van Beeldbank Groningen blijkt dat ook voor de huidige poffertjeskraam er al, sinds 1930, zo nu en dan een kraam op de Grote Markt was te vinden. Tijdens kermissen kwam de kraam van Victor Consael naar de stad. Deze kraam heeft daarna jarenlang op de Neude, en later op het Vredenburg in Utrecht gestaan. Vanwege de bouw van TivoliVredenburg moest de kraam wijken, en kwam daarna niet terug. In Groningen kreeg Nijboer in de jaren zeventig een permanente plek, toen met het idee om leven in de brouwerij te brengen.
“Het besluit ligt er al voor er wordt geluisterd”
Op de pagina reageren mensen teleurgesteld op het politieke besluit. Bert schrijft: “Natuurlijk zijn de meningen weer flink verdeeld. Zelf vind ik het ook spijtig dat de poffertjeskraam moet verdwijnen. Hij staat er al zo lang en heeft zijn bestaansrecht daarmee toch wel bewezen. Jammer dat overleg en oplossingen zoeken bij de gemeente Groningen zo vaak mosterd na de maaltijd is. Het besluit ligt er al voordat er wordt geluisterd naar mogelijke oplossingen en alternatieven vanuit de bewoners.” Herman: “De stropdassen achter hun bureau hebben weer wat bedacht. En wat zijn ze trots.”