Sportkoepel wil uitsluiting reclamebelasting voor non-profit organisaties: ‘Wrang dat clubs met maatschappelijk doel worden aangeslagen’

Non-profitorganisaties moeten worden uitgesloten van de beoogde reclamebelasting in de gemeente. Daarvoor pleit de Sportkoepel Groningen. Het adviesorgaan vindt dat het gemeentebestuur voorbij gaat aan het maatschappelijk belang van sponsoring en bewegwijzering en voelt zich qua inspraak daarin gepasseerd door het college.

De gemeente Groningen wil vanaf 1 januari 2024 reclamebelasting gaan heffen, naar eigen zeggen omdat reclame een overheersende uitstraling heeft en belastend is voor de openbare ruimte. De nieuwe belasting moet bijdragen aan het terugdringen van de hoeveelheid reclame-uitingen in de gemeente.

‘Onacceptabel’

De belasting geldt niet alleen voor bedrijven: ook bedrijven zonder winstoogmerk moeten belasting gaan betalen voor reclame-uitingen, waaronder logo’s van sponsoren als die vanaf de openbare weg te zien zijn. Dat geldt ook voor de borden die langs de velden staan. “We bevinden ons hier op de openbare weg”, vertelt Bram Reudink, voorzitter van de Sportkoepel. Hij staat tussen de kantine van VV Haren en het hoofdveld in. “Je kunt vanaf hier het veld met de borden zien en dat betekent dat ook die sponsorborden belast kunnen worden.”

Onacceptabel, aldus de Sportkoepel: “Het vinden van sponsoren is de afgelopen jaren al een flinke uitdaging gebleken. De sponsorinkomsten moeten dan ook eerder gezien worden als goodwill: de sponsor verwacht hier eigenlijk geen commercieel voordeel van. Daarbij zijn de bedragen vaak toch al gering. Het is dan ook zuur als een deel van deze inkomsten dan ook nog afgedragen moet worden aan de lokale overheid in plaats van het te kunnen gebruiken om de contributietarieven laag te houden.”

Ook belasting op naamborden: ‘Geen enkele relatie naar het herwinnen van de openbare ruimte’

Vreemd is volgens de Sportkoepel ook dat de regeling niet alleen voor reclame-uitingen geldt, maar ook voor naamborden: “De aanduiding van welke verenigingen op een sportpark zijn gehuisvest, is geen commerciële uiting, maar is puur een praktische verwijzing om sporter en bezoekers naar de juiste plek te dirigeren. Dat heeft met reclame niets te maken en naar onze mening ook geen enkele relatie naar het herwinnen van de openbare ruimte.”

‘Afspraken met gemeente geschonden’

De Sportkoepel laat weten zich gepasseerd te voelen door het gemeentebestuur, omdat het als adviesorgaan geen inspraak heeft gehad in de regeling: “Het voorgenomen raadsbesluit is niet op tijd met het veld gedeeld, tenminste niet met de sportverenigingen. Dit heeft inspreken tijdens het raadsdebat van afgelopen woensdag feitelijk onmogelijk gemaakt en de impact leek daardoor zeer beperkt. Dit totdat er meer duidelijkheid kwam naar aanleiding van vragen vanuit de Raad. Hierdoor hebben wij niet de mogelijkheid gehad een formele zienswijze in te dienen en dat is in strijd met de afspraken die in het convenant tussen Sportkoepel en gemeente zijn opgenomen. De Sportkoepel kan zijn taak als adviesorgaan daardoor niet goed uitvoeren.”

‘Ik flipte een beetje’

Sportclubs zijn niet de enige non-profitorganisaties die te maken krijgen met de reclamebelasting. Het gaat ook om culturele instellingen, de voedselbank en kerken. “Toen ik het hoorde, flipte ik een beetje uit mijn dak”, vertelt Natascha Snoek, voorzitter van kledingbank De Zeecontainer. “We staan hier kosteloos om mensen te helpen.  Wij hebben geen bron van inkomsten en kunnen geen btw aftrekken. Dat we dan opeens moeten gaan betalen, vind ik te ver gaan.”

De vrijwilligster vertelt dat de financiële consequenties voor de kledingbank groot zullen zijn: “Wij zijn subsidie-afhankelijk, dus deze nieuwe belastingmaatregel betekent dat wij extra subsidie zullen moeten aanvragen. Er wordt al zoveel geld weggehaald, waarom dan ook nog bij non-profitorganisaties?”