Psychiater Hester Eppinga van het Universiteit Centrum Psychiatrie heeft een speciaal therapietraject ontwikkeld voor voormalige turnsters die kampen met psychische problemen, als gevolg van grensoverschrijdend gedrag.
Eppinga ontwikkelde in opdracht van sportkoepel NOC*NSF een sport-gericht diagnostiek- en behandeltraject. Dit nadat in 2020 een rapport naar buiten kwam over misstanden in de turnsport. Daaruit bleek dat grensoverschrijdende gedrag werd afgedaan als onderdeel van de topsportcultuur in de turnsport. (Oud-)turnsters die dit overkwam, voelden zich jarenlang niet gehoord. Daarnaast bleek uit de rapporten dat de reguliere geestelijke gezondheidszorg onvoldoende helpt bij de specifieke problemen van deze groep.
Aandacht voor sportverleden
Het traject is ontwikkeld samen met een speciaal samengesteld behandelteam van het UCP. Zij kregen daarbij hulp van ervaringsdeskundigen op het gebied van de (top)sport en grensoverschrijdend gedrag.
In de behandeling wordt niet zozeer gefocust op de afzonderlijke diagnoses van de oud-turners, maar op de dieperliggende oorzaak van de psychische klachten. Daarbij speelt de sportcontext een belangrijk rol en daarom gaat daar in de therapie ook veel aandacht naartoe. Twaalf oud-sporters, met verschillende psychische klachten, hebben het traject al gevolgd.
‘Wat heeft die trainer gedaan?’
De therapie focust ook veel op emoties en de verbinding tussen de psyche en het lichaam. Eppinga: “In de groepssessies kwamen onderwerpen voorbij als ‘wat heeft die trainer gedaan?’, ‘wat zeiden ze tegen jou bij de trainingen?’ en ‘hoe heb jij je bij die trainingen of wedstrijden gevoeld?’. Deze gemeenschappelijke ervaringen maakte dat bij hen het besef doordrong dat ze niet de enige zijn die zich zo hebben gevoeld. Dit hielp hen om te realiseren dat het niet hun schuld was dat ze psychische problemen hebben.”
Reguliere GGZ ontoereikend voor turnsters
Het merendeel van de deelnemende oud-turnsters was al eerder in behandeling geweest, maar gaf aan dat ze daarmee niet voldoende geholpen waren. “Er bleek weinig erkenning te zijn geweest voor de invloed van de grensoverschrijdende ervaringen in de sport op hun problemen”, licht Eppinga toe.
Succesvol afgeronde therapie
De pilot van de speciale therapie is inmiddels afgerond. De deelnemers gaven aan dat ze nieuwe inzichten hebben gekregen door de behandeling. Het heeft ze uit een isolement geholpen, maar de deelnemers hebben nog wel meer tijd nodig hebben om volledig te herstellen.
De therapie is mogelijk ook toepasbaar bij andere sporters met psychische problemen. “Er zijn duidelijk overeenkomsten in patronen bij sporters”, legt Eppinga uit. “Bij hen kan bijvoorbeeld sprake zijn van meedogenloze normen, onderdrukte emoties en een hyperfocus. Dit wordt vaak gezien bij sporters.” Dit kan in het dagelijks leven buiten de sport tot psychische problemen leiden.”