Langebaanschaatser Jenning de Boo heeft zaterdagavond zijn persoonlijk record op de 500 meter verbeterd. In Salt Lake City verbeterde hij zijn tijd met twee tienden, maar viel desondanks wel naast de podiumplaatsen.
De Boo moest het in de eerste rit opnemen tegen Martin Liiv uit Estland. De Groningse schaatser legde de eerste honderd meter af in 9,78. Met een maximumsnelheid van 61,2 kilometer per uur, kwam hij uiteindelijk in een tijd van 34,21 over de finish. Daarmee verbeterde hij zijn persoonlijk record van 34,44 dat hij op 28 december in Heerenveen reed. Lang was die tijd genoeg voor een eerste World Cup-medaille, maar in de laatste rit duwden Yuma Murakami en Laurent Dubreuil De Boo van het podium.
Jordan Stolz
Het goud ging naar Jordan Stolz, die vrijdagavond nog een wereldrecord reed op de 1.000 meter. Na een opening van 9,60 finishte hij in een tijd van 33,96. Dat was geen bedreiging voor het baan- en tevens wereldrecord dat sinds maart 2019 in handen is van Pavel Koelizjnikov, die toen 33,61 op de klok zette. Murakami werd tweede, Dubreuil derde. De Boo werd vijfde.
“Ik denk dat ik nog veel harder kan”
“Het voelt een beetje dubbel”, laat De Boo na afloop weten. “Ik heb een persoonlijk record neergezet, dus ik mag zeker niet klagen. Maar ik heb het gevoel dat er nog zoveel te halen is. Ik mis een beetje iets. Dat ligt hem vooral aan de opening. Als ik dat vergelijk met Stolz, dan laat ik daar teveel liggen. Ik ben hard aan het werk om dit te verbeteren. Ik denk dat ik nog veel harder kan. Aan de andere kant. In het begin van dit seizoen reed ik 35,08 op deze afstand. En nu zet ik 34,21 op de klokken, dus de progressie is er zeker.”
Zondagavond komt De Boo in actie op de 1.000 meter die voor de tweede keer wordt verreden.