Hoewel nog verkend wordt hoe grote schades die in het verleden niet of slechts gedeeltelijke zijn uitbetaald door de NAM alsnog vergoed kunnen worden, waarschuwt demissionair staatssecretaris Vijlbrief alvast voor moeilijkheden.
In een brief aan de Tweede Kamer schrijft Vijlbrief dat de omvang van de schadegevallen die in het verleden zijn afgewezen voor vergoeding door de door de NAM, de afgelopen tijd in kaart is gebracht.
Maar volgens Vijlbrief is hieruit niet goed af te leiden of alle schade behandeld is, welke schade is vergoed en welke schade is afgewezen. Een deel van de gedupeerden heeft, inmiddels zeven jaar na de laatste beoordelingen door de NAM en het Centrum Veilig Wonen, de schade inmiddels hersteld, al dan niet met een (gedeeltelijke) vergoeding, terwijl anderen dat niet hebben gedaan. Sommigen van hen zijn verhuisd, hebben hun woning verkocht of het eigenaarschap opgegeven in verband met bijvoorbeeld een echtscheiding. Sommigen hebben zelf een uitvoerige administratie bijgehouden van bijvoorbeeld niet vergoede herstelwerkzaamheden, maar velen naar verwachting ook niet.
“Deze verkenning leidt dus tot praktische en reële uitvoeringsvraagstukken”, schrijft Vijlbrief. “Evenzo brengt het dilemma’s met zich mee over het creëren van weer nieuwe, moeilijk uitlegbare verschillen tussen gedupeerden. Het brengt mij tot de conclusie dat een eenvoudige, of ‘one size fits all’ oplossing simpelweg niet voorhanden is.”
Volgens Vijlbrief ligt het probleem niet in relatief kleine schades (tot 10.000 euro). Als mensen kiezen voor de ‘aanvullende vaste vergoeding’ tot 10.000 euro, dan zijn er volgens de staatssecretaris geen problemen. Maar als de schade (veel) groter is en er dus meer vergoeding zou moeten volgens, wordt de zaak moeilijk. Vijlbrief: “De wens van de Kamer om deze schade opnieuw te laten beoordelen kan ik dan ook goed volgen. Om de redenen die ik hierboven heb beschreven, is dit echter complex, zowel met het oog op uitvoerbaarheid als met het oog op de wens om geen nieuwe, moeilijk uitlegbare verschillen te creëren.”
Het ministerie van Vijlbrief (EKZ) en het IMG gaan de komende tijd verder zoeken naar een oplossing. Uiterlijk in het najaar moet duidelijk worden of er een oplossing mogelijk is.