De mysterieuze auto in de Steentilstraat is pas na een aantal dagen weggesleept omdat er een situatie dreigde die makkelijk uit de hand kon gaan lopen. Dat zegt burgemeester Koen Schuiling (VVD) woensdagmiddag.
De burgemeester reageerde daarmee op vragen van Stadspartij 100% voor Groningen. Raadslid Yaneth Menger: “Vorige week donderdag werd er op een nogal vreemde manier een auto geparkeerd in de Steentilstraat waarbij dit voertuig half op de weg stond en half op het trottoir. In de dagen daarna bleef het voertuig staan. Mijn fractie vindt dit vreemd omdat de Steentilstraat een drukke straat is waar veel fiets- en scooterverkeer passeert, en ook veel voetgangers doorheen lopen. Ook voor chauffeurs van bevoorradingsvrachtwagens was de situatie vervelend. Hoe kan het dat het tot zondag duurde dat de auto werd weggesleept?”
Burgemeester Koen Schuiling (VVD): “Noodhulpdiensten konden er langs”
De burgemeester is duidelijk in zijn antwoord: “Als een auto hinderlijk geparkeerd staat, dan hebben we wettelijk de mogelijkheid, op basis van artikel 170 van de Wegenverkeerswet, om een voertuig weg te slepen. We hadden de auto vrij snel in beeld, en de conclusie was dat noodhulpdiensten er langs konden, en voetgangers, hetzij misschien met wat gemopper, konden ook passeren. De rijbaan en het trottoir waren nog toegankelijk. Het vehikel stond dus niet hinderlijk geparkeerd, en daarmee verviel voor ons de mogelijkheid om de auto weg te slepen. Wel hadden we de plicht om de eigenaar op te sporen.”
“Om veiligheidsredenen weggesleept”
Daar is de gemeente mee aan de slag gegaan. Schuiling: “Er zijn verschillende interventies geweest. Er is telefonisch contact gezocht en we zijn aan de deur geweest bij de eigenaar. Dat had geen resultaat. Na een paar dagen constateerden wij dat er graffiti werd aangebracht op het voertuig. Dat was voor ons het signaal: nu wordt het ingewikkeld. Om veiligheidsredenen hebben we daarop besloten om de auto weg te slepen. Er ontstond een situatie die makkelijk uit de hand kon gaan lopen. Daarop hebben wij ingegrepen. Dus samengevat: als er geen gevaarzetting is dan geeft dat ons ruimte om de eigenaar op te sporen, en als er dan een situatie ontstaat waarbij het uit de hand kan lopen, dan aarzelen we niet om in te grijpen.”