Raad gaat instemmen met subsidie voor noodhulp huisdieren in arme gezinnen

Een meerderheid van de gemeenteraad gaat instemmen met een voorstel om een eenmalige subsidie van 50.000 euro te verstrekken aan de Stichting Bevordering Huisdierenwelzijn. Daarmee wordt het mogelijk om huisdieren in acute nood in gezinnen met een kleine portemonnee hulp te bieden.

“Het was in november 2022 dat mijn partij een voorstel deed om een eenmalige korting te introduceren voor minima op hun dierenartskosten”, vertelt Wesley Pechler van de Partij voor de Dieren. “Vervolgens ontstond er een worsteling hoe je die korting het beste in kunt zetten. Wil je heel veel mensen bereiken of wil je een beperkt aantal mensen helpen waarbij het effect heel groot is? Er werd gekozen voor de eerste optie waarbij 40 euro beschikbaar werd gesteld voor huishoudens met een Stadjerspas. Die uitvoering bleek echter lastig te zijn. Nu ligt er een voorstel op tafel om het geld als subsidie te verstrekken aan deze stichting waarmee noodhulp mogelijk wordt. Dit lijkt ons een goed plan omdat wij vertrouwen op de professionaliteit van deze stichting.”

Redden van dierenlevens
Bij het nieuwe voorstel kunnen gezinnen met een inkomen tot 120 procent van het minimuminkomen aankloppen bij de stichting wanneer zij een huisdier thuis hebben zitten die zich in acute nood bevindt, waarbij het bijvoorbeeld gaat om medische aandoeningen. De behandeling van het dier wordt vervolgens betaald van de subsidie die verstrekt is aan de stichting. Hiermee worden dus letterlijk dierenlevens gered.

Rita Pestman (PvdA): “Wat gaan we doen als het geld op is?”
De PvdA is blij met het voorstel. Rita Pestman: “Je kunt nu echt dieren gaan redden. Er hoeft niet gekeken te worden waar het geld vandaan moet komen. En dit werkt ook de andere kant op. Stel dat een gezin thuis een huisdier heeft zitten dat ernstig ziek is. Een dier dat eigenlijk ingeslapen moet worden, maar dit gebeurt nu niet omdat het gezin er geen geld voor heeft. Dar wordt met deze subsidie ook mogelijk. Maar bij mijn fractie zijn er ook zorgen. Het geld zal snel op zijn. De 50.000 euro klinkt als een groot bedrag, maar dat vliegt er doorheen. De kosten bij dierenartsen rijzen de pan uit. Je bent alleen nog maar de drempel overgestapt en je bent al 160 euro kwijt. Wat gaan we doen als straks in september het geld op is?”

Jurrie Huisman (SP): “De kosten zullen alleen maar hoger worden”
De SP sluit zich bij de woorden van mevrouw Pestman aan. Jurrie Huisman: “In 1998 zijn de vaste tarieven voor dierenartsen losgelaten. De afgelopen decennia heeft de markt het overgenomen, waarbij buitenlandse bedrijven zich hier stevig roeren. De kosten zijn hoog en zullen alleen nog maar hoger gaan worden. Mijn collega Sandra Beckerman heeft dit vorig jaar in de Tweede Kamer aan de orde gesteld. Dit moet aangepakt worden. De motie om huisdieren in acute nood te gaan helpen, die ondersteunen wij.”

Wethouder Eelco Eikenaar (SP): “De raad heeft het budgetrecht”
Qua geld is wethouder Eelco Eikenaar van Armoedebeleid helder: “Het is een beetje een flauw antwoord, maar wij voeren een voorstel uit dat de raad heeft aangenomen. De raad heeft ook budgetrecht. U beslist waar het geld naar toe gaat, en hoeveel geld ergens naar toe gaat. En daarmee kaats ik de bal weer terug.”

Marcel den Os (Stadspartij 100% voor Groningen): “In de basis ben je zelf verantwoordelijk voor de aanschaf van een dier”
Stadspartij 100% voor Groningen vindt het een prima plan, maar zegt tegelijkertijd dat de zorg van huisdieren niet teveel op het bordje van de gemeente moet komen te liggen. Marcel den Os: “Ik ben opgegroeid in Friesland. We hadden thuis kippen, eenden, schapen en geiten. Het was een gezellige beestenboel. Nu ik in de stad woon heb ik geen huisdier. Bewust niet, want ik ben weinig thuis en kan daarom het dier niet de aandacht geven die het verdient. En dat is wel hoe wij er tegenaan kijken: dat je in de basis zelf verantwoordelijk bent voor de aanschaf.”

Rita Pestman (PvdA): “Een huisdier kan veel levensvreugde brengen”
Pestman schrikt van die woorden: “Het hebben van een huisdier kan heel goed zijn voor iemand die zich in een benarde positie bevindt. Je kunt een dier aaien, en dat is goed voor je gezondheid. Je wordt er beter van. Daarnaast moeten we de omstandigheden niet vergeten. Je kunt vandaag een leuke baan hebben, maar volgende week niet meer. Mijn fractie vindt dat iedereen recht heeft op een huisdier.” Den Os: “Mijn fractie vindt dat ook. Het helpen van inwoners is dan ook geen probleem, maar het moet wel bij een beetje blijven.”

Etkin Armut (CDA): “Dit gaat niet het verschil maken”
Andere partijen zijn helemaal tegen het plan. De VVD vindt het bijvoorbeeld geen kerntaak van de overheid. Etkin Armut van het CDA sluit zich daar bij aan: “Dit gaat niet het verschil maken. Dit plan bestrijkt maximaal één jaar. Wat gaan we daarna doen? We weten nu al dat de dierenarts volgend jaar nog steeds heel erg duur zal zijn.” Ook D66 is tegen. Mirjam Gietema: “Het zijn goede intenties. Maar wij kiezen liever voor een generieke maatregel. Je gaat nu alleen mensen helpen met een huisdier. Terwijl er andere mensen zijn met een kleine portemonnee die bijvoorbeeld op het vlak van sport hulp kunnen gebruiken.”

Tycho Wuestman (Student & Stad): “Een maatregel moet zo generiek mogelijk zijn”
Tycho Wuestman van Student & Stad is het met D66 eens. “Het is heel helder dat huisdieren verplichtingen met zich mee brengen, waarbij niet iedereen de mogelijkheid heeft om die zorg te betalen. En dat maakt het voor mijn partij een lastig onderwerp. Dierenwelzijn is een belangrijk onderwerp. Maar wij denken dat het welzijn van inwoners prioriteit zou moeten hebben.” Dat kan op een vraag rekenen van Evelien Bernabela van de Partij voor het Noorden: “Maar dieren kunnen ook zorgen voor een beter welzijn van mensen. Hoe kijkt u daar tegen aan?” Wuestman: “Dat klopt. En het kunnen hebben van een huisdier is ook een recht, maar waar lig je de grens. Als je een maatregel optuigt dan moet die zo generiek mogelijk zijn, waarbij een dierenarts wel heel specifiek is. Met alleen noodhulp wordt het nog specifieker.”

Voor de eerstvolgende raadsvergadering overwegen verschillende partijen om moties in te dienen.