De zon verwarmde afgelopen zaterdag, maar Le Picard koororgel in de Martinikerk verwarmde de harten van orgelliefhebbers. Op het net gerestaureerde orgel hield organist Leo van Doeselaar een masterclass.
Het instrument uit 1742 is afgelopen najaar gerestaureerd en vorige week weer opnieuw in gebruik genomen. Het resultaat werd vrijdag gepresenteerd aan bezoekers, met een concert van de organisten Leo van Doeselaar en Erwin Wiersinga en orgeladviseur Theo Jellema. Zaterdag mochten de cursisten het instrument uitproberen.
17e-eeuwse Franse stemming
Orgels worden op een bepaalde manier gestemd: ze worden op een bepaalde toon gebracht. Bijzonder aan dit orgel is dat het is teruggebracht naar de oude 17e-eeuwse Franse stemming. “Dat is een stemming die niet veel voorkomt”, vertelt vaste organist Leo van Doeselaar voorafgaand aan de workshop. “De cursisten zijn daar niet op ingesteld, dus ze zullen verrast worden.”
Joost van Beek is één van de deelnemers. “Het leuke van masterclasses vind ik dat het gaat over een specifiek repertoire aan muziekstukken, dat is wel echt een uitdaging”, vertelt hij. Van Beek heeft ervoor gekozen om Spaanse muziek uit de Renaissance te spelen.
‘Met alleen noten spelen erg saai’
Carel Cames van Batenburg neemt ook deel aan de masterclass. Hij gaat een stuk van de Duitse componist Frobeger spelen. “Het gaat met name om de uitvoering: hoe vrij en streng speel je stukken, daar hoop ik iets over te leren”, vertelt hij voorafgaand. “Met alleen noten spelen wordt het erg saai.”
En saai wordt het verre van. Terwijl Van Batenburg de toetsen bespeelt en de kerk gevuld wordt met klanken, beweegt Van Doeselaar zich vluchtig om de cursist heen om aan de registertoetsen te trekken. Met die knoppen kunnen de klanken van het instrument aangepast worden. Zo zijn er toetsen voor o.a. trompet-, cornet- en fluitklanken.
Passief meeluisteren
Ondertussen vult de Martinikerk zich met bezoekers: liefhebbers voor het kerkelijke praalwerk, maar ook muziekliefhebbers. Steeds meer mensen nemen een plekje op de bankjes rond het orgel en luisteren aandachtig naar de muziek. Sommigen maken ook wat aantekeningen.
“Je kunt nu meer contact met mensen maken “, vertelt Van Doeselaar. “Ze zijn belangstellend, luisteren passief mee en willen horen wat er wordt gezegd. Dat hoort bij een masterclass, maar was eerder niet mogelijk.” Dat kwam doordat de workshops werden gegeven op het grote orgel in de Martinikerk, wat boven huishoudt en maar ruimte heeft voor zeven of acht mensen.
Geen spetterend einde
Van Beeks’ verwachtingen van de workshop zijn in vervulling gegaan: “Het was wel wat ik had gehoopt eigenlijk.” Enthousiast vertelt hij over de stemming van het instrument: “Dat je uit ogenschijnlijk simpele noten zoveel kan halen. Door bijvoorbeeld een vertraging in te lassen of een bepaalde registertoets langer te gebruiken.”
“Ik vond het erg leuk om te doen!” vertelt Van Batenburg na afloop van de workshop. “Ik heb heel veel aantekeningen gemaakt en allerlei leuke trucs geleerd. Met name over de interpretatie van het muziekstuk leerde hij een bijzondere les: “Ik had een spetterend einde aan het stuk bedacht, maar Leo raadde me aan het zacht te spelen. Dat vond ik heel leerzaam. Leo is een goede docent.”