De fractie van Partij voor het Noorden is zwaar ontstemd over het besluit van het College om marktkooplui tot 1 januari 2030 een ontheffing te geven voor de zero-emissiezone in de binnenstad. Exact hetzelfde voorstel werd drie weken geleden door het College nog in de prullenbak gegooid.
De binnenstad wordt vanaf 1 april volgend jaar emissievrij. Dat betekent dat je niet meer met voertuigen met een verbrandingsmotor de binnenstad in mag rijden. Voor marktkooplui is dit een probleem. Elektrische trucks die de marktkramen kunnen trekken kosten tussen de 2,5 en 3 ton. “Dat zijn enorme bedragen waar de marktmensen heel wat kropjes sla voor moeten verkopen om dat bedrag op tafel te krijgen”, vertelt Leendert van der Laan van de Partij voor het Noorden. “Daarom hebben we drie weken geleden een motie geschreven waarbij we gevraagd hebben om de marktmensen een ontheffing te verlenen tot 1 januari 2030. Wij hebben de motie uiteindelijk niet ingediend omdat het CDA er ook eentje had gemaakt die qua dictie net wat mooier liep. Naast ons stonden er nog vier partijen onder. We hebben deze partijen overtuigd dat het belangrijk was om een einddatum in de tekst op te nemen.”
Leendert van der Laan: “We dachten een mooie oplossing gevonden te hebben”
Van der Laan spreekt van een constructieve motie: “De markt vinden we belangrijk en die willen we behouden. Maar ondertussen vindt mijn partij het emissievrije ook belangrijk. We zijn op zoek gegaan naar een oplossing. Het schrijven van een motie doe je niet in een aantal uurtjes. Hier zit veertig uur werk in. Je hebt gesprekken met de marktkooplui, je hebt gesprekken met ambtenaren over de haalbaarheid en je hebt overleg met andere fracties om tot een goede afstemming te komen. Met een uitstel tot 1 januari 2030 dachten wij een hele mooie oplossing gevonden te hebben.”
“Ik ben zwaar ontstemd”
Wethouder Philip Broeksma (GroenLinks) was tijdens de raadsvergadering drie weken geleden echter resoluut. Het voorstel werd ontraden. Van der Laan: “Er werd gezegd dat er nog volop gesprekken werden gevoerd met de mensen op de markt. De motie werd uiteindelijk weggestemd. En nu achttien dagen later ligt er een besluit op tafel dat exact gelijk is aan onze motie. Tot achter de komma wordt eigenlijk ons voorstel uitgevoerd zonder dat daarbij genoemd wordt dat dit ook een wens is van vijf partijen uit de raad. En daar ben ik zwaar ontstemd over. Je kunt aan aantal conclusies trekken. Je kunt zeggen, mooi dat de motie alsnog wordt uitgevoerd ondanks dat deze heftig werd ontraden. Je kunt concluderen dat de wethouder de tekst van de motie niet goed gelezen heeft. Of je komt tot de conclusie dat ze het wel heel goed gelezen hebben en tot inkeer zijn gekomen.”
Etkin Armut (CDA): “Het belangrijkste is dat de marktkooplui nu duidelijkheid hebben”
Frustratie is er niet alleen bij de Partij voor het Noorden maar ook bij het CDA, de hoofdindiener van de motie. Raadslid Etkin Armut: “De frustratie herken ik. Maar op dit moment is het belangrijkste dat de marktkooplui nu eindelijk duidelijkheid hebben. Daar waren al heel lang zorgen. Daarom zijn wij drie weken geleden met de motie gekomen. Die werd weggestemd maar het is fijn dat er nu alsnog een oplossing is gekomen.”
Leendert van der Laan: “Zo ga je niet met elkaar om”
Ondertussen is er volgens Van der Laan wel iets aan de hand: “Wat is onze rol in de raad? Mijn partij zoekt niet de oppositierol. Wij controleren, wij denken mee en we initiëren. Maar door dit soort zaken word je wel gedwongen om een oppositierol aan te nemen. De wethouder had drie weken geleden beter kunnen zeggen dat de motie oordeel raad was. Door het af te wijzen, waar de coalitiepartijen achter aan huppelden, en vervolgens met precies hetzelfde te komen … zo ga je niet met elkaar om.”
“Ik zie de wethouders regelmatig rondscharrelen bij hun eigen fracties”
Van der Laan heeft ook een boodschap voor de coalitiepartijen: “Dat ze braaf met de wethouder instemmen, dan vraag ik mij af in hoeverre ze onze motie wel gelezen hebben. Op maandagavond hebben we fractievergadering op het Stadhuis. Ik zie regelmatig de wethouders rondscharrelen bij hun eigen fracties. Waarom is dat? Zijn ze dan bezig om hun eigen partijen te overtuigen? Wethouders schuiven bij onze fractie nooit aan. Ik moet ze altijd zoeken. En nogmaals, ik ben niet bij die vergaderingen aanwezig, maar als partij heb je toch een controlerende functie? Of je nu coalitie of oppositie bent, je controleert of het proces goed is verlopen en of iets de beste oplossing is? In dit geval vind ik dat de raad, die het hoogste bestuursorgaan is in de gemeente, niet de positie heeft gehad die het zou moeten hebben. En dat vind ik zorgelijk.”
Naar aanleiding van de berichtgeving laat de fractie van Stadspartij 100% voor Groningen weten de zorgen te delen.