Café De Tapperij zit in de problemen. De horecazaak aan de Grote Markt heeft van de gemeente tot 7 december 2024 een uiterlijke sluitingstijd van 05.00 uur opgelegd gekregen vanwege incidenten die te maken hebben met overlast, drugs en geweld. Volgens de eigenaren is het besluit van de gemeente niet terecht: “Dit betekent voor ons een faillissement.”
Door Maarten Siepel & Wouter Holsappel
Het is vrijdagochtend 04.30 uur als de stad langzamerhand leegloopt. Feestende jongeren lopen weg uit de Peperstraat en het Poeleplein wordt steeds leger. Richard Kloosterman is mede-eigenaar van “dé plek waar je de nacht afsluit als andere kroegen dichtgaan”. Boven een kelder aan de Grote Markt wijst een rode neon pijl naar beneden, met daarin groene letters: De Tapperij.
Maar sinds een maand is er iets geks aan de hand. De deuren van het café worden om 5.00 uur op slot gedraaid. Er lopen nog wat stappers langs het terras van De Drie Gezusters, verbaasd dat het café dichtgaat: “Nu al?” De muziek gaat uit en het barpersoneel begint met schoonmaken. “Normaal gesproken is dit het moment dat het hier druk is en vol staat met feestende studenten.”
Heb je een opmerking of een tip over dit verhaal? Mail dan naar maartensiepel@oogtv.nl en/of wouter@oogtv.nl.
Dat De Tapperij zo “vroeg” dicht is, is niet een eigen keuze. Begin februari gaat Kloosterman op bezoek bij de gemeente Groningen. De gemeente nodigt hem en zijn compagnon uit voor een gesprek over overlast in en rondom de horecazaak. Tijdens het gesprek bespreken ze welke overlast er is en wat eraan gedaan kan worden. De Tapperij ziet zelf ook een verandering in het uitgaansleven en deelt het oordeel van de gemeente dat het deurbeleid strenger moet worden. “We hebben gezien dat de Grote Markt na corona steeds meer een hangplek is geworden”, zegt Kloosterman. “Van iedereen die op straat rondliep, is 30% een gast van ons en 70% niet. Dat overgrote deel doet ook geen poging om binnen te komen, maar zorgt natuurlijk wel voor overlast. Dat het meer is dan voor corona, dat erken ik.”
Het horecabedrijf belooft beterschap om de overlast te verminderen, met onder andere een strenger deurbeleid. Volgens De Tapperij maken ze met de gemeente een aantal afspraken: Het deurbeleid moet worden aangescherpt; binnen wordt er strenger gecontroleerd op drugsgebruik; de huisregels moeten weer zichtbaar worden; en buiten moet er actiever worden geholpen om de overlast te verminderen.
Daarnaast spreken ze een proefperiode van zes maanden af met aansluitend een evaluatiegesprek. Hierbij bespreken ze dat het bestrijden van de overlast tijd gaat kosten en dat het aanpassen en strenger maken van de regels een tijdelijke stijging van incidenten tot gevolg kan hebben voordat de maatregelen effect hebben. Volgens Kloosterman erkent de gemeente dit. De gemeente wil aan OOG bevestigen noch ontkennen of dit klopt en verder niet ingaan op de gemaakte afspraken met tijdperiodes.
Zo’n besluit neem je niet zomaar
woordvoerder gemeente Groningen
Iets meer dan drie maanden na het gesprek brengt de gemeente een brief langs Kloosterman en zijn zakenpartner. De gemeente zegt dat het aantal incidenten in en rond De Tapperij blijft voortduren. In de brief staat een opsomming van verschillende incidenten die te maken hebben met overlast, drugs en er wordt de conclusie getrokken dat de gemaakte afspraken niet worden nageleefd.
In de brief van de gemeente Groningen aan De Tapperij, ingezien door OOG, staan observaties van de gemeente en politie. Zo wordt er gesproken over geluidsoverlast voor op de Grote Markt, mensen die lastig gevallen worden op straat en het dealen van drugs vlakbij De Tapperij. Ook heeft de gemeente kritiek op de beveiligers van het café.
Een kleine maand later neemt burgemeester Koen Schuiling het definitieve besluit dat er voor een periode van zes maanden (van 7 juni tot 7 december) een uiterlijke sluitingstijd wordt vastgesteld voor het café: De Tapperij moet elke dag om 5.00 uur ’s ochtends gesloten zijn.
Gemeente Groningen: ‘Overlast verminderd na opgelegde maatregel’
Voor Kloosterman komt het besluit als een verrassing, omdat het eerder volgt dan het einde van de, volgens hem, afgesproken proefperiode. Ook vindt hij het een vreemde situatie dat er actief wordt gemonitord in een periode waarin beide partijen erkennen dat de overlast zal toenemen. De incidenten die in de brief staan beschreven, gaan tot 20 april. Wat er vanaf dat moment tot aan de ingangsdatum van het besluit (7 juni) aan incidenten heeft plaatsgevonden, is niet actief gemonitord, aldus de eigenaar van De Tapperij.
De gemeente wil niet inhoudelijk reageren of dit het geval is. De gemeente wil ook niet in detail reageren op andere vragen die OOG stelt. Dit komt omdat er een bezwaarprocedure loopt, ingediend door De Tapperij. Wel laat een woordvoerder het volgende weten:
“Zo’n besluit neem je niet zomaar. Afgelopen periode is er veel en langdurig sprake geweest van overlast en verstoring van de openbare orde in en vanuit deze onderneming. Dat is vastgesteld op basis van waarnemingen en rapportages van politie en gemeentelijke toezichthouders. Er is vervolgens een gesprek gevoerd met de ondernemers en een waarschuwingsbrief verzonden. In deze brief is een aantal verbeterpunten vastgelegd. Omdat de gemaakte afspraken echter niet werden nagekomen en de overlast niet verminderde, is besloten dat het opleggen van een verplichte sluitingstijd de enige mogelijkheid was om de overlast daadwerkelijk te beperken. Ook omdat dit afstraalt op ondernemers die het wel lukt om dergelijke problemen te voorkomen of te beperken.”
Daarnaast zegt de gemeente dat de overlast op de Grote Markt flink is verminderd sinds de oplegede maatregel.
OOG deed eerder onderzoek naar het toegenomen drugsgebruik in de nachthoreca:
‘Opsomming niet voldoende’
Kloosterman vindt dat de afspraken wel zijn nagekomen en dat de opsomming niet voldoende is voor een sluitingstijd. “Een aantal dingen herkennen we en was er ook overlast. Maar zijn het dusdanig grote dingen dat je daarvoor een zaak moet sluiten? In mijn ogen niet. Het zijn natuurlijk ook momentopnames. Zo hebben wij bijvoorbeeld afgesproken dat wij intensiever controleren op drugsgebruik, met name op de toiletten. Glazenhalers gaan na een rondje te allen tijde naar de toiletten voordat ze het volgende rondje lopen. Als er dan een controle van de gemeente komt en de glazenhaler doet op dat moment een rondje en staat niet bij de deur, dan is dat een momentopname. Er staat inderdaad niet van het openen tot de sluitingstijd iemand naast de toiletdeur. Dat is ook geen realistische gedachte en niet afgesproken.”
“We hebben de huisregels weer opgehangen en zijn binnen intensiever gaan controleren op drugs”, vervolgt Kloosterman. “Het deurbeleid hebben we enorm aangepakt en we zijn actiever op straat om ervoor te zorgen dat er minder overlast is.”
In de brief staat ook kritiek op de beveiligers. Werkzaamheden worden zonder herkenbare kleding uitgevoerd en twee keer wordt er werk uitgevoerd door iemand die niet gecertificeerd is. Kloosterman: “Wij hebben voor de beveiliging van onze horecazaak een gerenommeerd bedrijf gekozen. Dat is een gecertificeerd en erkend beveiligingsbedrijf. Het heeft nette bedrijfskleding en is altijd duidelijk herkenbaar aanwezig en loopt altijd in hun officiële tenue. In mijn ogen is het werk altijd uitgevoerd door gecertificeerde beveiligers. Ik weet dat de beveiliging een hoop bekenden heeft in de stad. En ja, als de beveiliger naar het toilet loopt dan neemt een kameraad het wel eens een minuutje over. Dat geldt ook voor het barpersoneel. Ik durf hardop te zeggen dat nooit langdurig een beveiliger niet voor de deur heeft gestaan.”
Volgens de gemeente zou beveiligerspersoneel zeer joviaal omgaan met drugsdealers. “Als het het geval zou zijn dat ze alle drugsdealers in Groningen zouden kennen en blijkbaar de politie dit ook weet, dan vind ik het raar dat zij niet optreden en dat dit bij ons wordt neergelegd. Wij behandelen alle gasten gelijk. Wij weten niet wie drugsdealers zijn en als er een vermoeden is, dan houden we dat uiteraard in de gaten. Als het zo is, dan wordt diegene eruit gezet en is ‘ie niet meer welkom.”
Aftellen tot faillissement
Voor De Tapperij zijn de gevolgen in ieder geval groot. In de uren na 05.00 uur begint het binnen pas echt druk te worden. Het betekent een grote daling van de omzet. “Het hoogtepunt van de omzet ligt na half vijf. Dat gaat zo ver dat het negentig procent van de omzet is”, aldus Kloosterman. “De omzet is dus tien procent van wat het voorheen was. Eigenlijk hebben we nu een bedrijf dat financieel zo ongezond is dat we zitten te wachten totdat we deze stap niet overleven.”
Daarom zou het zo maar kunnen zijn dat De Tapperij dichtgaat. “Dat is nu de overweging. Het is aftellen tot een faillissement. De Tapperij is zo bekend in de stad Groningen als afterpartyplek nadat ze andere horecazaken bezocht hebben. Dat is iets wat je niet in een korte periode gaat veranderen. Na tien jaar lang dit bedrijf gehad te hebben, doet dat pijn.”
Dit artikel/project is mede tot stand gekomen dankzij een financiële bijdrage van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek.