Groningen staat stil bij overlijden Jacques d’Ancona: “Voor nu: alle goeds, heb het leuk en blijf mooi”

nieuws
Foto: Jos @ FPS-Groningen via Wikimedia Commons (CC 2.0)

Groningen staat zaterdag stil bij het overlijden van journalist, theaterrecensent en tv-persoonlijkheid Jacques d’Ancona. Hij overleed vrijdag op 86-jarige leeftijd in zijn woonplaats Paterswolde.

OOG sprak met drie mensen die d’Ancona van dichtbij hebben meegemaakt. Piet van Dijken onderhield een warme band met de journalist, voor Margriet de Schutter werd d’Ancona een mentor en Jan Visser vertolkte de rol van de recensent op het podium.

“In 2017 vertolkte ik de rol van Jacques in de musical Jacques J. de Musical”, vertelt Jan Visser van GOOV Muziektheater. “Het is één van de mooiste en dierbaarste rollen geweest die ik heb mogen spelen. Ik wilde de rol ook absoluut spelen. Het ging over een persoon tegen wie ik opkeek. Ik heb er toen flink wat energie in gestoken om zo goed mogelijk voor de dag te komen. Ik herinner me dat ik nog speciale lessen heb gevolgd bij een muziekleraar.”

“Ik moest mij inleven in zijn personage”
Het stuk werd gespeeld omdat d’Ancona in dat jaar 80 jaar oud zou worden. “Om hem goed neer te kunnen zetten moest ik mij inleven in zijn personage. Om het stuk te schrijven is er natuurlijk veel onderzoek gedaan. Daar is men ruim een jaar mee bezig geweest. Maar ik moest mij ook zien te lagen aan wie hij was. Ik wilde hem op een goede manier neer kunnen zetten op het podium.”

“Hij leunde altijd wat voorover met de handen op zijn rug”
Dat moment ontstond in de Synagoge in Stad. “Tijdens de onthulling van een schilderij kwam ik hem tegen. Op dat moment wist hij al dat er een musical ging komen. Hij schuifelde naar mij toe en we hebben toen een uur gesproken. Dat gesprek heeft mij heel erg geholpen. Jacques sprak in klemtonen en uitroeptekens. Maar ook zijn houding. Die was best wel karakteristiek. Hij leunde altijd wat voorover met de handen op zijn rug. Altijd vriendelijk en eerlijk.” Het bleef bij dat ene gesprek: “Aan die zestig minuten had ik genoeg. Ik heb jarenlang bij de politie gewerkt. Door goed op te letten, vallen mij dingen op, die ik vervolgens mee kon nemen.”

“Ik kwam hem de laatste tijd al niet meer tegen”
Visser hoorde het nieuws rond het overlijden vrijdagavond. “Ik zag het bericht op een nieuwswebsite. En dan schrik je. Het was me al opgevallen dat ik hem de laatste tijd niet meer tegenkwam in Stad. Ondanks dat ik hem op het podium heb gespeeld ben ik nooit bij hem thuis geweest. Zo nu en dan kwamen we elkaar als alter ego’s tegen in de stad. Dat was altijd hoffelijk, leuk en gezellig.”

“Recensies die hij schreef zijn stuk voor stuk juweeltjes”
“Ik denk dat hij een mooi leven heeft gehad. Natuurlijk, het begin was niet makkelijk. Zijn homoseksualiteit en het opbouwen van een carrière. Maar uiteindelijk is het hem gelukt om een status te bereiken in het Noorden. Iedereen kent Jacques. Hij heeft 67 jaar voor de krant gewerkt. De recensies die hij schreef van voorstellingen zijn stuk voor stuk kleine juweeltjes. In eerlijke en duidelijke beschrijvingen maakte hij duidelijk wat hij er van vond. Soms op zijn Simon Carmiggelts met mooie kronkels en vileine beschrijvingen. Heel mooi.”

“Als Jacques in de zaal zat, dan was dat wel een dingetje”
De band tussen GOOV en Jacques beperkte zich niet alleen tot de voorstelling. “Hij recenseerde onze voorstellingen. En dat was toch altijd wel een dingetje. Bij de eerste of tweede voorstelling van een stuk zat hij in het publiek. Achter de coulissen gonsde het dan dat Jacques in de zaal zat. En dan wist je, nu moeten we het goed doen. Want als Jacques een goede recensie schrijft, dan is dat voor ons positief omdat er dan meer mensen gaan komen. In al die tijd heeft hij ons eerlijk en goed behandeld. Om een voorbeeld te geven. In de herfst van vorig jaar speelden we een stuk over Koos Kerstholt. Het openingslied was verschrikkelijk. En dat schreef hij vervolgens ook. Dat was niet leuk voor degene die het lied geschreven had. Maar Jacques was iemand die schreef wat hij vond. En als hij niet helemaal zeker was interviewde hij na afloop wat bezoekers om te peilen of zijn gedachten strookten met wat anderen er van vonden.”

“Tot 2024 had hij afspraken in zijn agenda staan”
Dat werpt de vraag op hoe we ons Jacques moeten herinneren: “Het klinkt misschien gek, maar ik denk dat het goed is zo. Een mensenleven heeft een begin en een eind. Na al die jaren op deze wereldbol rond te hebben gelopen heb je iets opgebouwd. Heb je iets bereikt. Het is niet aan mij om te zeggen hoe we hem moeten herinneren. Dat moet iedereen voor zichzelf bepalen. Wat overigens nog wel mooi is om te vertellen is een zinsnede die bij onze voorstelling naar voren kwam. Tijdens het onderzoek naar onze voorstelling vertelde hij dat hij ontzettend druk was en nog afspraken had staan tot 2024. En toevallig overlijdt hij dan in dit jaar. Alsof je toen, in 2017, al met de dood aan het dansen was. Heel bijzonder.”

Tekst gaat verder onder de video:

Jan Visser zingt ‘Dat je gelukkig bent geweest’ in de musical Jacques J. de Musical

Margriet de Schutter: “De toneelvloer in de Stadsschouwburg was voor hem heilige grond”
Margriet de Schutter maakte tien jaar geleden voor OOG het programma ErOpUit. Samen met Annelies van Santen werden mensen geïnterviewd op een plek die voor hen veel betekenis had. D’Ancona werd geïnterviewd in zijn Stadsschouwburg. “Ik herinner me het als de dag van gisteren. In de schouwburg heeft hij een vaste stoel waar hij zit om voorstellingen te recenseren. Voor het programma hadden we besloten om hem op de toneelvloer te interviewen. Hij zei, je streelt mijn ego. Dit is heilige grond. Hier hebben de groten van deze aarde gestaan.”

“Een hele lieve, warme en aardige man”
Voor De Schutter was het niet de eerste keer dat ze d’Ancona ontmoette: “In de jaren daarvoor had ik Jacques al een aantal keren gesproken. Ik ben van een generatie die hem heeft leren kennen van de televisie, van de Soundmixshow. Tijdens die gesprekken had ik al ontdekt dat Jacques een hele lieve, warme en aardige man was. En dus heel anders was dan hoe ik hem op televisie had leren kennen. Tijdens het interview in de Stadsschouwburg kwam hij over als een hele zelfbewuste, gedreven en kundige man, die het ook belangrijk vond om zelf de regie te houden.”

“Je gaat de meester van de kritiek interviewen”
Toch kan De Schutter zich herinneren wel wat gespannen te zijn voor het interview: “Je gaat iemand interviewen die voorstellingen recenseert. Je hebt het over de meester van de kritiek. In mijn interviews streef ik ernaar om mensen heel mooi neer te zetten. Van nature ben ik sociaal ingesteld en niet oordelend. Hierdoor probeer ik een veilige sfeer te creëren. Heel kritisch zijn was een vorm die ik me in die tijd nog eigen mocht maken. Dus hoe kom je dan op dezelfde frequentie? En als je dan wel kritische vragen gaat stellen dan was er destijds nog het stemmetje dat zei, wat weet jij er nu van? Je komt nog maar net om de hoek kijken? Uiteindelijk is het gelukt om een heel mooi gesprek neer te zetten met de juiste balans. Zijn passie. Daar dreef hij op. En dat vond ik prachtig.”

“Hij vond altijd tijd om toch even op mailtjes te reageren”
Interviews hebben vaak een begin en een eind maar De Schutter hield daarna contact met D’Ancona. “Hij is mijn mentor en mijn inspirator geworden. Er is een vertrouwensband opgebouwd. En dat is het mooie aan Jacques. Hij was veelzijdig maar tegelijkertijd ook heel druk. Zijn agenda was overvol. Maar toch vond hij altijd tijd om even te kunnen reageren op een mailtje. Hij was een warm, mooi en betrokken mens. Heel dierbaar.”

“Ik heb veel van Jacques geleerd”
Het afgelopen jaar werd het contact geïntensiveerd. “Afgelopen herfst was ik op het filmfestival in Milaan. Ik kwam aan tafel te zitten bij een negenvoudig Emmy Award-winnaar, dat zijn de belangrijkste Amerikaanse filmprijzen. Hij zei tegen mij: lijkt het je niet wat om te gaan acteren? Ik heb daarop in mijn netwerk gezocht naar mensen die mij van advies konden voorzien. Ik heb contact gezocht met Jacques en ik heb veel van hem geleerd. Om daar een beetje op in te gaan: bij films draait alles om budgetten. Jacques zei tegen mij: moet je het willen? Wil je je storten in een bepaalde onzekerheid? Dit hoeft je overigens niet te weerhouden, het biedt ook veel mooie nieuwe kansen. Jacques was degene die mij het vogelperspectief gaf waardoor ik in de gelegenheid werd gesteld om er ook op een andere manier naar te kijken.”

“Jacques hield van het Noorden”
Het nieuws van het overlijden kwam voor De Schutter als een verrassing: “Ik was op de hoogte dat hij niet fit was. Maar daar sprak hij niet graag over. Hij was bezig met zijn passie: het theater. Dat was belangrijk. Ondanks dat ik wist dat het wat minder ging, schrok ik toch. Ik zat naar de opening van de Olympische Spelen te kijken, toen het nieuws binnenkwam. Met zijn overlijden verliest het Noorden een boegbeeld. De Soundmixshow heeft hem landelijke bekendheid gegeven. Daarna zijn er meerdere aanbiedingen binnengekomen om daar een vervolg aan te geven. Maar daar is hij niet op ingegaan. Hij was heel sterk gefocust op Groningen. Hij hield van het Noorden.”

“Alle goeds, heb het leuk en blijf mooi”
De Schutter herinnert zich d’Ancona als een woordkunstenaar: “Daar was hij een meester in. Prachtige zinnen, mooie woorden, dat ik dacht: hoe verzin je het toch? ‘Met het blote oog niet te vangen’, is zo’n voorbeeld. Of ‘de echo’s komen naar mij toe’. En wat hij altijd zei bij een afscheid: ‘geniet waar het kan, alle goeds, heb het leuk en blijf mooi’. Jacques gaat gemist worden. Absoluut.”

Tekst gaat verder onder de video:

Tien jaar geleden was Jacques d’Ancona te gast in het programma ErOpUit

Piet van Dijken: “Ik had al een voorgevoel”
Jacques d’Ancona was vier keer te gast in het televisieprogramma Herestraat Helemaal. Presentator Piet van Dijken hoorde het nieuws van het overlijden vrijdagavond: “Om 18.33 uur ontving ik een appje van zijn partner Hans waarin hij liet weten dat Jacques om 16.15 rustig is overleden. Ik had al een voorgevoel dat er iets met mijn vriend aan de hand was. Woensdagmorgen belde ik zijn huistelefoon, maar in plaats van Jacques kreeg ik Hans aan de lijn. Toen ik vroeg naar Jacques zei Hans dat Jacques niet te bereiken was. Dan bel ik morgen wel. Het was de eerste keer dat ik dit hoorde. Jacques was immers altijd voor mij bereikbaar. Net als trouwens ik voor hem.”

“Eens in de twee maanden gingen we lunchen”
“Een dag later werd de telefoon niet opgenomen en vrijdagmorgen op mijn ingesproken bericht niet gereageerd. Vreemd. Dit is niks voor Jacques. Om 3 minuten over half 7 verandert mijn onrust in keiharde waarheid. Hans appt me dat Jacques niet meer leeft. Jacques en ik waren vrienden. Niet direct, maar in de loop der jaren is dit zo gegroeid. Eens in de twee maanden gingen we lunchen. Lunchen en vooral veel bijpraten. Dit duurde soms wel drie uur. Bijkans iedereen die wij kenden kwamen wel even voorbij. Bij het afscheid verheugden we ons alweer op de volgende afspraak, Bel jij Piet. Daar ben jij immers veel beter in dan ik.”

“Cabaret waar je niet voor hoeft te betalen”
“Jacques was mijn presentator als ik een boek had geschreven. En dus ook op 8 mei toen ik 75 was geworden en op die dag mijn documentaire werd gepresenteerd. Toen ik Jacques voor de presentatie vroeg, riposteerde hij met de vraag of het niet eens tijd werd om een jonger iemand te vragen. Cunera of Marcel? Nee Jacques. Met alle respect voor hen, maar ik wil jou. Onze interactie is zo goed man. We bereiden niets voor, het gaat vanzelf en de mensen vinden het prachtig. Laatst zei nog iemand dat het cabaret is waar niet voor hoeft te betalen. Natuurlijk doe ik het was het antwoord van Jacques. Voor jou altijd, dat weet je. Maar dit is dan wel mijn laatste kunstje. Hoe bedoel je, laatste kunstje? Man, hou toch op. Jij gaat nog heel veel meer kunstjes doen.”

“Hij blijft voor altijd in mijn gedachten”
“Twee maanden later, op 11 juli, verscheen in Dagblad van het Noorden de laatste recensie van Jacques. En vijftien dagen daarna komt het bericht dat hij is overleden. Ik ga hem missen. Zijn aanwezigheid, zijn stellige mening en zijn kritische blik. Zoals, toen hij na het lezen van een van mijn stukjes, me belde dat het dus niet ‘mijn oor te luister leggen’ is, maar in goed Nederlands ‘mijn oor te luisteren’. Om er daarna ogenblikkelijk aan toe te voegen dat hij zich hier helemaal niet moet bemoeien. Dit was ook Jacques ten voeten uit en mede hierom hield ik zoveel van hem. Hij blijft voor altijd in mijn gedachten.”