Staatssecretaris Jurgen Nobel (VVD) van Participatie en Integratie is nu nog niet van plan om wetten en regels te wijzigen, zodat de gemeente Groningen beschermingsbewind via de Groninger Kredietbank weer verplicht kan stellen.
Dat laat Nobel dinsdagochtend weten, in antwoord op vragen van Kamerlid Bart van Kent (SP).
De Centrale Raad van Beroep bepaalde bijna twee jaar geleden dat de gemeente de bijzondere bijstand voor een bewindvoerder niet mag stopzetten of afwijzen ten faveure van de Groninger Kredietbank. Dat moet sinds 2018 binnen de gemeente, als schuldenaars zelf geen bewindvoerder kunnen betalen. Groningen is de enige gemeente in Nederland die de bewindvoering op deze manier uitvoert. De gemeente dacht onder de uitspraak uit te komen, door alleen bewindvoerders buiten de GKB te bekostigen voor zaken die voor de inwerkingtreding van het nieuwe beleid bekend waren. Eind januari bepaalde de rechter dat ook dit niet mag.
Het gemeentebestuur, onder aanvoering van wethouder Eelco Eikenaar (SP), overwoog nog hoger beroep aan te tekenen tegen de uitspraken, maar zag hier vanaf omdat er weinig tot geen mogelijkheden zouden zijn om het oordeel van de rechters aan te vechten. Kamerlid Van Kent van Eikenaars eigen SP pakte begin mei de handschoen op in Den Haag en vroeg toenmalig (demissionair) minister Weerwind om het adviesrecht na instelling van schuldenbewind te vervroegen. Zo zou het beleid in Groningen mogelijk alsnog doorgang kunnen vinden.
Maar Weerwinds opvolger staatssecretaris Nobel ziet dat niet zitten en wil eerst een evaluatie van het adviesrecht voor gemeenten bij schuldenbewind afwachten. Deze volgt ergens volgend jaar. Dan liggen waarschijnlijk ook de resultaten van een onderzoek naar toezicht op bewindvoerders in het algemeen op tafel. “Op basis van dit onderzoek kan vervolgens worden bepaald hoe bewindvoering in de toekomst het best georganiseerd kan worden”, stelt Nobel. De staatssecretaris stelt tot slot de uitspraak van de rechtbank te respecteren.