Het melktappunt bij melkveehouder Erwin Bijman in Ten Boer is niet meer. Regelgeving heeft de agrariër doen besluiten om na acht jaar te stoppen met de verkoop van rauwe melk aan voorbijgangers.
Hoi Erwin! Wat is er aan de hand?
“De landelijke overheid is met nieuwe regels gekomen voor de melktappunten. Deze regels worden volgend jaar van kracht. De bedoeling is dat er twaalf keer per jaar door een controleur gecontroleerd gaat worden op de aanwezigheid van de E.coli-bacterie en salmonella in de melk. En op zich vind ik dat in de basis niet verkeerd. Alleen gaan mij deze controles 350 tot 400 euro per jaar kosten. Omdat we op dit moment nagenoeg geen winst maken met het tappunt, hebben we besloten om er mee te stoppen. En persoonlijk vind ik dat jammer.”
Wanneer zijn jullie begonnen met het tappunt?
“Dat was in het voorjaar van 2017. We zochten toen naar een laagdrempelige manier om inwoners te betrekken bij ons bedrijf. Dat ze melk konden halen bij ons, maar tegelijkertijd ook even bij de koeien en kalfjes konden kijken, of even een gesprekje met ons aan konden knopen. De aanleg heeft 17.000 euro gekost. We hebben op het erf een mooi huisje geplaatst, er is stroom aangelegd, de installatie is geïnstalleerd en er kwamen automaten. In het begin ging het voorzichtig, waarbij we twee liter per drie dagen verkochten. Maar in de afgelopen jaren liep het als een trein.”
Jullie zijn daardoor ook meer producten gaan verkopen geloof ik hè?
“Klopt. We bieden sinds enige tijd ook eieren, meel en honing aan. De meel komt uit Kropswolde en de honing uit Hoogezand. We dachten dat dit een leuke toevoeging zou zijn. Dat je producten verkoopt die gelieerd zijn aan melk. Dat als je bijvoorbeeld pannenkoeken of een cake wil bakken, dat je hier alle ingrediënten aantreft. Met de bedrijven uit Kropswolde en Hoogezand hebben we een samenwerking opgezet. En dat liep goed. Het is een hele mooie manier om ‘koop lokaal’ te stimuleren.”
Maar nu dan toch stoppen met de verkoop van melk …
“Het risico is te groot. De extra controles op E.coli-bacterie en salmonella zijn in zekere zin overbodig omdat ons melk, dat naar de zuivelfabriek gaat, al tot in den treure wordt gecontroleerd. Daarnaast loop je het risico dat een controle van de melktap niet goed uitpakt. De eerste keer betaal je dan een boete van enkele honderden euro’s, gebeurt het opnieuw, dan heb je het al over boetebedragen met drie nullen. En dan ga je je afvragen of de melktap het nog waard is. Wij zijn tot de conclusie gekomen dat het helaas hier stopt.”
Omdat het zo goed loopt zou je misschien kunnen overwegen om de prijs te verhogen?
“Dat kan. En dat is ook voorgesteld door bezoekers die het verdwijnen ontzettend jammer vinden. Maar dat wil ik niet. De insteek van de melktap is altijd geweest om het voor het plezier te doen. Ik wilde er niet aan verdienen. Zolang we maar quitte zouden draaien. Dat lukte. Maar door de controles, en de risico’s, moet ik om quitte te draaien de prijs verhogen. Dat in een tijd waarin alles duurder wordt, dat stuit me tegen de borst. Dan moet ik straks 3 of 4 euro gaan vragen voor een liter melk. Dat wil ik niet.”
Eigenlijk heb je voor jezelf afgewogen wat de voor- en nadelen zijn …
“Ja, dat is de juiste conclusie. Afgezien van het plezier gaat er ook veel tijd inzitten. Het onderhoud en de schoonmaak bijvoorbeeld. Om de zoveel dagen maak je de tank schoon met heet water of een zuur. Je lost problemen op als er een storing is, je beantwoord vragen van de mensen die langskomen. Op zo’n moment ga je kijken wat het netto en bruto oplevert. En voor ons stopt het hier. En ja, dat is jammer. Omdat we er heilig in geloven dat ‘koop lokaal’ een prachtig mooi initiatief is om inwoners in contact te laten komen met boeren. Maar die formule wordt op deze manier wel kapot gemaakt. En dat vind ik jammer.”
Wat betekent het voor de verkoop van eieren en meel?
“Daar gaan we over nadenken. Wellicht dat we wel eieren en honing blijven verkopen. Met meel gaan we sowieso stoppen. Het melktappunt gaan we ook weghalen. Het huisje zetten we vooraleerst achter in de schuur. Wellicht dat er in Den Haag nog iets gaat veranderen, zodat we het nog kunnen heroverwegen. Maar voorlopig is het niet anders.”