Het OV Bureau Groningen Drenthe krijgt ruim 11 miljoen euro van de provincie Groningen. Het gaat om geld dat vorig jaar door de Tweede Kamer beschikbaar is gesteld.
Dit jaar dreigden de prijzen van trein- en buskaartjes met bijna 12 procent omhoog te gaan. De fractie van de ChristenUnie was daar niet blij mee, waarop fractievoorzitter Mirjam Bikker een motie indiende, die vervolgens door de Tweede Kamer gesteund werd. In deze motie werd opgeroepen om 420 miljoen euro beschikbaar te stellen voor het openbaar vervoer, waarvan 300 miljoen euro voor het stads- en streekvervoer zou zijn. Het geld was niet alleen bedoeld om de stijging van de kaartjes in toom te houden, maar ook om het regionale openbaar vervoer, na de coronajaren, structureel te verbeteren en het aantal reizigers weer toe te laten nemen.
Op basis van het aantal reizigers en het aantal gereden kilometers werd er een verdeelsleutel gemaakt. Vervoerregio Amsterdam kreeg met 85 miljoen euro het meeste geld. Zeeland kreeg met 3,2 miljoen euro het minste. Groningen kreeg 11,6 miljoen, Drenthe 4,5. De provincie heeft nu besloten om deze 11,6 miljoen als aanvullende subsidie toe te kennen aan het OV Bureau. Daarbij gaat het om ruim 2,6 miljoen euro dat als compensatiedeel dient, 3,7 miljoen voor het in stand houden van de dienstregeling en 5,4 miljoen voor de compensatie voor de OV Studentenkaart.