‘Rijk’ en ‘arm’ blijven samenklonteren op scholen, ‘hoogopgeleid’ kiest vaker voor bijzonder onderwijs

nieuws

Het opleidingsniveau en het inkomen van ouders bepalen steeds vaker welke kinderen naar bijzondere basisscholen gaan in Groningen. Dat blijkt uit onderzoek van OIS Groningen, het onderzoeksbureau van de gemeente. Ook op openbare basisscholen en in het voortgezet onderwijs blijft sprake van ‘segregatie’.

Het verschil tussen scholen met voornamelijk arme en rijke kinderen is al jarenlang duidelijk zichtbaar in de gemeente. Cijfers uit het nieuwe rapport tonen aan dat, ondanks gemeentelijke programma’s om segregatie in het onderwijs tegen te gaan, er de afgelopen jaren weinig is veranderd. De toename van segregatie in het basisonderwijs op basis van het opleidingsniveau van ouders is weliswaar afgevlakt, maar blijft bestaan. Dit betekent dat kinderen van ouders met verschillende opleidingsniveaus steeds minder vaak samen naar school gaan.

Segregatie op basis van inkomen blijft in zowel het basis- als voortgezet onderwijs stabiel. De afgelopen twee jaar was er zelfs een lichte daling, maar de verschillen blijven groot. Enkele basisscholen, waar eerder een onevenredig groot deel van de leerlingen uit hoge of lage inkomensgroepen kwam, zijn nu meer gemengd. In het voortgezet onderwijs zijn de verschillen tussen arm en rijk echter groter dan in het basisonderwijs.

Hoogopgeleiden vaker naar bijzonder onderwijs

Een opvallende trend is dat kinderen van hoogopgeleide ouders vaker verder reizen naar bijzondere scholen. Dat zijn scholen die meestal een religieuze achtergrond hebben. Een onderwijsmethode, zoals Dalton, Montessori of Jenaplanonderwijs, kan zowel gegeven worden op openbare basisscholen als bijzondere basisscholen.

Volgens de onderzoekers kan dit erop wijzen dat deze ouders bewuster een school kiezen. Hierdoor neemt de segregatie naar inkomen op bijzondere basisscholen toe: daar zitten steeds meer kinderen van ouders met een vergelijkbaar (vaak hoog) opleidingsniveau.

Migratieachtergrond speelt minder grote rol

Wat betreft migratieachtergrond zien de onderzoekers een afname in segregatie, zowel in het basis- als voortgezet onderwijs. “Leerlingen met verschillende achtergronden zijn steeds gelijkmatiger verdeeld over de scholen,” aldus het rapport. Hoewel het aandeel inwoners met een Europese of niet-Europese achtergrond in Groningen lager is dan in veel andere grote steden, stijgt dit aandeel wel. Dat leerlingen met verschillende achtergronden elkaar vaker tegenkomen op school, is volgens de onderzoekers niet direct te verklaren.

College: ‘Effect beleid lastig te meten’

In een brief aan de gemeenteraad benadrukt het college van B&W dat het blijft inzetten op het verminderen van segregatie. Het is volgens het college echter lastig om het succes van investeringen in kansengelijkheid en het tegengaan van segregatie direct te meten.

“Segregatie zorgt ervoor dat verschillende groepen kinderen elkaar minder vaak ontmoeten,” schrijft het college. “Dit belemmert hen om goed met verschillen om te gaan. Daarnaast ontstaan er op scholen met veel leerlingen uit minder draagkrachtige milieus vaak meerdere problemen, zoals leerachterstanden, armoede en gezondheidsklachten. Deze kinderen krijgen daardoor minder kansen om zich optimaal te ontwikkelen.” De gemeente blijft daarom investeren volgens haar missie: “ongelijk investeren voor gelijke kansen.”