Fledderus kreeg politie-advies niet thuis te slapen na bedreigingen door FC-supporters

nieuws
Foto via FC Groningen

De bedreigingen aan het adres van Mark-Jan Fledderus werden op den duur zo ernstig dat de politie de toenmalig technisch directeur van FC Groningen adviseerde zijn huis een tijdje te verlaten. 

Dat laat Fledderus vrijdag optekenen bij Dagblad Trouw en in een interview bij het NPO Radio 1 programma Spraakmakers, nadat de krant bedreigingen in het voetbal had onderzocht. Nog eens zeventien andere (oud-)medewerkers deelden vrijdag hun verhaal. Fledderus was een van de weinigen die met naam genoemd wilde worden. De inmiddels in Italië werkzame Fledderus wil dat het bespreekbaar wordt, stelt hij. “Mensen moeten nadenken over oplossingen en erkennen dat het soms echt te ver gaat.”

Fledderus, die van 2019 tot 2023 bij FC Groningen werkte als technisch directeur, kreeg vlak voor zijn aftreden het advies van de politie om (na een verloren thuiswedstrijd tegen SC Cambuur) een nacht niet thuis te slapen met zijn gezin. Maar Fledderus besloot te blijven, onder meer omdat zijn vrouw en kinderen zich daardoor niet meer veilig zouden voelen in hun eigen huis. “Die begrijpen het niet als ik ze midden in de nacht naar een hotel breng. En ik kan dan net zo goed een ‘te koop’-bordje in de tuin zetten”, liet Fledderus vrijdag optekenen in Trouw.

Toch voelde Fledderus zich onveilig die nacht. En de dreiging ging niet weg. Ook nu nog niet, stelt Fledderus. Hij is op zijn hoede als hij in Stad is. Volgens Fledderus werd hij onlangs nog in de avonduren uitgescholden. Uit een rijdende auto kreeg hij de schuld van alles wat misging. Ook in zijn gezin werd de angst voelbaar: op een klassenfeest vroeg een klasgenootje aan zijn zoon of hij zijn vader mocht vermoorden.

Volgens Fledderus ligt het probleem niet alleen bij de supporters. “Zij hebben een positie voor zichzelf gecreëerd waarin ze veel invloed hebben. Maar dat komt ook omdat wij ze dat toestaan, als maatschappij en als voetbalwereld. Daar moeten we eerlijk over zijn.”